We wonen semi-legaal aan het spoor op een volkstuincomplex.
Het laatste sociale bolwerk tegen het marktmechanisme,
die rattenplaag die onze dijken ondermijnt.
Aan het spoor sterft het van de konijnen, in alle kleurstellingen.
Dankzij onze vossen ontstaat er geen plaag.
Onder de huisjes hebben ze hun holen.
Doordeweeks voeden ze hun jongen op in de beschutte tuinen.
We zien ze zelden op hun sluiproutes van oude hazenpaadjes.
Met gemak springen ze over de sloot naar de spoordijk met een treinkonijn in de spitse bek.
Ongedierte kun je bestrijden met natuurlijke vijanden, maar mechanismes?
Het woord zegt het, mechanische gewoonte, dolgedraaide machines.
Laat ons het het zand zijn tussen de raderen, het zand in de tank.
Als de spoordijk verzakt zal hier pas echt stil worden in de verstedelijkte natuur.