Op de verlaten parkeerplaats stond een laatste auto tussen de verpakkingsresten van de voorbije parkeernacht, drugs, fastfood en wildvrijerij.
De laatste auto was niet verlaten. Er zat een man in, stokstijf achter het stuur, ogen dichtgevallen op het grijsbleke gelaat
Ik zag hem vanuit mijn ooghoek, en dacht: ‘laat maar’, daarna keek ik nog eens opzij. Hij zat of hing daar roerloos, gelaten.
Mijn hond trok mij verder, achter zijn speurende neus aan. Nog eens keek ik achterom.
Hij zal wel slapen dacht ik…Hij zou toch niet dood zijn? Nee, dan zou zijn hoofd hangen…
Ik liep verder, de hondeneus was iets op het spoor. Toch kon ik het beeld niet uit mijn hoofd wegdenken. Wegdenken werkt altijd versterkend.
Had ik hem dan moeten wekken?
Een wildvreemde stoor je toch niet in z’n slaap? Zou het verwijtbaar zijn als ik hem niet te hulp schoot, wellicht was hij onwel, een epileptische aanval, een bad trip? Ik besloot onze uitlaatronde te bekorten om
toch nog even op deze vroege ochtend een leven te redden…
In mijn fantasie zag ik de ambulance al staan op de onheilsplek met blauwe flikkerlichten. Gelukkig bleek de parkeerplaats leeg.
Alleen de auto stond er nog.
Ik zag niets door de weerspiegelingen in de autoruit. Langzaam naderde ik de plaats delict…voorzichtig keek ik in de auto… Tot mijn schrik was de auto leeg.
Het lijk was verdwenen!
Onwillekeurig bleef ik de rest van de dag halfbewust rondspeuren naar het stoffelijk overschot.
Nu na drie dagen staat de auto er nog. Ongewild probeert mijn brein deze perfecte moord te reconstrueren.
Bevreemdend, want had ik niet van jongsafaan een bloedhekel gehad aan detectiveseries. Overal waar zo’n speurneus zich vertoonde werden er steevast mensen om het leven gebracht. De detective als oorzaak van de misdaad.
Pas toen ik het ‘corpus delicti’ levend en wel in de auto zag rondrijden werden mijn speculaties om zeep geholpen…
Of was het zijn dubbelganger, zijn broer, zijn…?
Hoe dan ook, inmiddels bespeurde ik diep in mijn brein de zin om iemand te vermoorden. Dan was het tenminste duidelijk hoe het zat.
Je moest ook alles zelf doen!
Mijn hond keek mij meewarig aan en snuffelde aan mijn handen.