– Bor, wat heeft dit nu weer te betekenen?
Nonpositie nr. zoveel…zonder datering, ongesigneerd.
Je gaat ons toch niet wijsmaken dat dit kunst is?
– Nou nou, dat klinkt wel als het begin van een klaagzang….weer te betekenen?
Hoezo? Alsof alles maar moet betekenen, wijs ik juist niet vaak naar het fundament
van geen betekenis waar betekenis op kan bloeien?
– Als ik het niet dacht…ga je weer op die toer van het onbedoelde, het gelukkige toeval en de natuur als kunstenaar.
– Ik ben blij dat je er zelf over begint, kijk deze Nonposities onderscheiden zich van composities in de zin dat ze spontaan zijn ontstaan, er kwam geen kunstenaar aan te pas. Het zijn lukrake vormen zonder vast herhalend patroon.
– Waarom doe je toch al die moeite om de kunstenaar buiten beeld te werken,
het is toch evident dat jij ze maakt?
– Het is een kwestie van oprechtheid en ere aan wie eer toekomt, dat ze onder mijn handen ontstaan en verschijnen wil niet zeggen dat ik ze kan claimen als maker.
– Wat een valse bescheidenheid om de natuur als maker aan te wijzen.
– Waarom? Ik zie mijzelf als pure natuur, zo onbescheiden wil ik wel zijn, ik kan zelfs niet anders.
– Jaja, de menselijke natuur zeker!
– Er is mijns inziens niets specifieks menselijks aan de natuur…
– Wat is cultuur dan?
– Cultuur is specifiek menselijk, een kunstmatige laag die de natuur naar de kroon probeert te steken.
– In jou ogen een vergeefse poging als ik het goed hoor?
– Zeker vergeefs, maar er zit grote schoonheid in het vergeefse, het toont de mens in al zijn naaktheid als grap, een goddelijke grap.