Sumadartson

We kunnen met vrijwel absolute zekerheid
voorspellen dat Nostradamus consequent
op het verkeerde moment en op de verkeerde lokatie
precies de juiste gebeurtenis aankondigt.
Die vervolgens met grote regelmaat ook nog eens
weigert plaats te vinden.
Dit neemt echter niet weg dat een gewaarschuwd mens
zich vergeefs zorgen maakt over dingen die nu eenmaal
lopen zoals ze lopen.
Achteraf zeggen de beren op de weg tegen elkaar:
‘Ach, het heeft zo moeten zijn…of zullen we elkaars betekenis wezen?”

Weglek

We kennen geen tijd
wel een kraan
die keurig drupt
bij wijze van klok
waar dit moment
uit weglekt.
zo’n kraan vindt
dat lekker
niks meer aan doen.
beter de ene schoen
te vullen met wreef, hiel,
holte, enkel en wat botjes….
het geheel al dan niet besokt
om deze nog ongeplukte dag
een beetje fatsoenlijk
rond te kunnen hinkelen
de andere schoen vangt elke
drup op voor het versgeplukte
dat bloeit door te verwelken
nog voelen we geen nattigheid
onder moeders paraplu nu het
systeemplafond begint te sprinkelen

Inktcurven

Er zou sprake zijn van
nijpend menselijk tekort.
seimografische inktcurven
registreren dit geschokt.
‘n menselijk teveel ligt even
wel meer voor de hand.
handen vol vingers in elke pap
doen de aardbodem beven
de pap veel te heet om te eten
bovendien knap aangebrand
de seismograaf meet omgekeerd
evenredig ‘t niet willen weten

Dokter Klee

Het potlood neemt een lijn
mee
uit wandelen
op advies van dokter Klee.
het lijntje loopt
voor uit de punt
van het potlood
volgt het spoor
door maagdelijk wit
als neus van een speurhond.
en daar komt neus
iets stomper geroken
van de grond.
samen ma ruikt de punt
neus in de lucht
waar het heen…

aan het uiteinde
van de lange lijn.
vindt de tekenaar zich

blij als een uitgelaten
hond thuiskomt
in de mand

en hangt de wandeling
als een teken
aan de wand

(Tekenen is een lijn mee uit wandelen nemen. Paul Klee)

Ochtendbos

Dauwdruppels hangen

zover voorraad strekt

 

als gedoofde vuurvliegkontjes

die al licht zijn gaan hemelen

aan verschralende boomtakken

oudjaar heeft de geest gegeven

stoot je lome hoofd gerust aan

de volle maan in ‘t vensterraam

je ontdekt meteen de sterretjes

elk levensjaar wordt nu verwekt

Zinge

Zinge had geen zin
zag geen zin meer in de dingen,
die hingen lusteloos uit haar keel.
Zinge zag er geen gat meer in,
had zelfs geen zing meer
om te zingen?
Op een dooie dag
ving Zinge iets op,
een onding…heel bijzonder
Zinge had geen benul van wat
het was, ‘n wonderklap
bij helder hemel.
onding bezat on-
mis-kenbaar
‘n heus niets als gat.
plots liep Zinge over
van puur zingenot.
Zinge zong uitzinnig
zonderling
Sindsdien heet Zinge
Zingeving

Mars

Wij zandkorrels marcheren
over dit pad
in deze woestijn
die van zandkorrels is
netjes geordend
lukrake discipline
korrel voor korrel
gestapeld
dit pad loopt overal
heen & uit de hand
als los zand… . .
dit pad is zo hemels
breed
als de woestijn zelf
die doorloopt
tot aan het strand
onder branding door
over zeebodemland.
onvermoeibaar
marcheren we,
protesteren we
omdat we voor zijn,
voor het geheel
we staan op
en gaan
over de schouders
van vergruisde
voorouders
samen ons eigen
weg. . . . .