Terrasje

Soms vond zij een zomerterrasje zo mooi,
dat ze het zonde vond om er te gaan zitten.
Dat had ze ook wel eens met een mooi opgemaakt bord
eten in een restaurant, zonde om op te eten…
Hoe vaak was ze dan niet weggelopen uit het restaurant,
puur uit esthetische overweging, uiteraard wel
na een welgemeend excuus.

Handwerk


Buurman John werkt bij de groenvoorziening.
Van veger schopte hij het tot bladblazer en daarna zat hij jaren op de grasmaaier.
Nadat hij een paar keer het ecologisch bloemenlint per ongeluk had platgemaaid moest hij van de maaier afstappen. Nu rijdt hij naar grote tevredenheid de veegwagen, een soort megastofzuiger met roterende stalen borstels die de stoeptegels met geweld afragt…de littekens blijven maanden zichtbaar.
In het weekend gebruikt hij hem als auto van de zaak. Dan rijdt hij met zijn kinderen naar de Italiaanse ijssalon in het aangrenzende stadsdeel. De stofzuiger staat dan uiteraard uit en de borstels zijn in opgetrokken toestand, het is weekend…de auto van de zaak hoeft dan niet te werken. John ziet er raar uit als hij in zijn zondagse kleren in de veegwagen zit. Normaal draagt hij zijn fluoriserende werktenue met bijpassende helm en oordoppen.
Voor zijn kinderen schakelt hij speciaal de zwaailichten aan, het is altijd feestelijk om een ijsje te halen. Onderweg bieden ze tegen elkaar op welk ijsje ze gaan bestellen…drie bolletjes is de maximum toegestane hoeveelheid.
John moet streng zijn… ‘Met slagroom pap?’.
Hij had ook op kantoor kunnen gaan werken, maar dat kan hij zijn kinderen toch niet aandoen, zegt hij. Hij houdt meer van het echte handwerk. Ambachtelijk ijs.

Tocht

Hond dwong ons tot wandelen in harde ijswind rond sportterrein.
Kabaal van sporters woei over de dijk over ons heen.
Wind rekte geschreeuw uit tot ijle klankvlagen.
Geleidelijk nam het geluid af naarmate de tocht vorderde.
Wat is wind anders dan tocht? Aan de andere kant verdween het geluid geheel, alleen de wind zelf flakkerde nog strak in onze oren. Het sportrumoer waaide ver van ons vandaan, naar een toekomst voor anderen bestemd.
Of was de wedstrijd al afgelopen? Boven op de dijk zagen we dat de wedstrijd in volle gang was, in stilte. Een duel tussen doofstomme voetballers leek het… De scheidsrechter had geen vat op ze. Hij floot..niemand hoorde een fluit.
De harde wind boog elke bal uit zijn rechte baan. Het was grappig om te zien. Soms leek de bal stil te blijven hangen in de wind. De ijswind won, de wedstrijd werd gestaakt.
De tocht juicht nog in onze oren.

Singel

In de Singelwijk laat onze hond zich graag uit, wij volgen gedwee.
Hij weet immers hoe de hazen lopen.
Onderweg tijdens ons vertrouwelijke gesprek merken ongewild dat wij worden opgemerkt door een deurroker ijzig die in zijn duistere deuropening staat.
Hij bevestigt onze voorbijgaande aard door niets te zeggen, wij doen ook alsof we niets gemerkt hebben.
Het is opmerkelijk hoeveel zaken er worden opgemerkt door ze te negeren, een vreemd soort bevestigingmiddel.

‘We hadden het kunnen weten’, zeg ik wijzend naar de opstijgende walm rond het vale lantaarnlicht.
‘Inderdaad…de hemelvaart van de sigaret!’.
Mijn man wordt laat op de avond een beetje sentimenteel poëtisch met een scheutje ironie. Door deze observatie spotten we aan de overzijde van de singel eenzelfde vrouwtjesexemplaar verdekt opgesteld in de deurlijst.
Rooksignalen in het digitale tijdperk.
Een dag later zien we ze samen in het donker aan de kop van de singel.
Ze houden zich met één hand vast aan de reling met de andere hand roken ze.
Onze hond stoort ze in hun smeulende intimiteit.
Hij meent weer eens wat te ruiken.
‘Kom Beer, deze kant op!’

‘Een romance’ , fluistert mijn man.
‘Zie je, roken is toch nog ergens goed voor’
‘Zonder rooksignalen hadden ze elkaar nooit gevonden’
Indianenverhalen.

Nagcafé

Wilt jij nog een veertiggranenkoek bij je goedenachtrus-thee
Nee gekko, doet mij maar een Tompoes met nog een dubbele..
Een dubbele wat dan?
Ken mij ‘t schelen Kegel, als het maar dubbelt is.
Jaja, zalig zijn de schelen…die zien alles dubbelt…
jij loens anders ook al aardig gozert….
Je heb al drie dubbele in je murf weggespoeld.
Arie, deze balieman zeg net dat de tompoeze op zijn.
Ook goed, doet dan maar een veertiggranengebakkie.
Zeg Kegel, hoe laat sluiten jullie eigeluk?
Wij sluite nooit niet!
Hoort je dat Arie, ze hebben geeneens geen sleutel!

Pakpapier

Photo:Jelle Touw © 2018

Een hond zegt niks, waarom zou hij, zijn blik zegt alles al.
Het bijzondere van de hond is dat hij ‘de wilde mens’ wist te domesticeren.
En dat met zachte hand….dat wil zeggen door schijnbare onderwerping.
Dat is heel slim…door je buik te laten zien de baasmens volledig inpakken…waarin?
In onvoorwaardelijke liefde natuurlijk. De baas wordt met zijn eigen wezen ingepakt.
De hond als spiegel voor de baas, ze pakken elkaar in.
Dat lijkt op het gebruik van een Taoïstisch wapen…alsof een donsveertje de loop der dingen de juiste kant op dirigeert.
Mijn hond dirigeert mijn leven in de juiste richting, hij geeft vorm aan mijn richtingloosheid. Hij geeft mij ruggengraat, discipline om drie maal daags de straat op te gaan. Ruiken wat er nog meer te beleven is in de buitenwereld.
Hij leidde mij rond in gebieden die ik anders nooit had ontdekt.

De hond denkt niet dat hij iets is, dat hij iets anders is.
Een hond is er, altijd hier en nu, onmiddellijk aanwezig…er zit niets tussen.
Er is nog één ding dat de hond wil van de mens: hij wil uitgepakt worden…
als een wild beest. Zo viert de hond het leven…voelen dat je een wild beest bent.

Geslodder

Onze ovenbakplaat heeft een anti-aanbaklaag, toch wil mijn man
per sé bakpapier op de bakplaat als hij plaat-eten gaar stooft.
Normaal gesproken is hij een sloddervos eersteklas, dus ik snap het niet en ik wil hem begrijpen.
Daarom zeg ik steeds : ‘Lieverd, die plaat is onaanbakbaar…hij is zelfs zelfreinigend…
Hij bakt zichzelf brandschoon op 240 graden!’
Vergeefs, hij lijkt zeer gehecht aan zijn dierbare bakpapier.
Zo is hij ook gehecht geraakt aan plaat-eten.
‘Een recept uit Luilekkerland’ ,beweert hij, ‘voor luie lekkerbekken’.
‘Geen voorbewerking, geen liflafjes…puur voedsel in stukjes op de plaat pleuren en garen maar…, geen bord nodig…gewoon prikken van de plaat!’
Zijn Rotterdamse opa noemde het plaatpleuren.
Mijn man heeft nooit een opa gekend, daarom zuigt hij alles uit zijn duim bij gebrek aan verhaalstof.
Triomfantelijk frommelt hij na het plaatprikken het bakpapier met resten tot een prop en zegt:
‘Goed toch, dat er een anti-afwaslaag op dat papier zit!’
Ik snap niks van die man…dat-ie ondanks dat geslodder zo geslepen kan zijn.

De belofte

Wim K. had bezworen een roman te schrijven.
Waarom eigenlijk? ,vroeg het zich af…
Romans schrijven was nu eenmaal mode, net zoals het mode was
om niet modieus te zijn, om authentiek en ambachtelijk te zijn.
Het waren modieuze tijden, exclusief.
Men sloot alles wat niet kon behagen uit.
Alleen instantbevrediging kon nog door de beugel.

Dat die roman een loze belofte was dat wist iedereen.
Het moest natuurlijk over een figuur gaan die de kunst voorop stelde,
ja zelfs boven alles verheven…
Kunst als de surrogaatheilige voor een doodgedachte god.

Het leven zelf dat deed Wim K. er gewoon een beetje bij, vond hij.
Leven deed je eventjes tussen de dagelijkse dingetjes door,
tussen neus en lippen, terloops en frivool, vond hij.
Wim K. had het er maar druk mee….
met beginnen….eerst bezon hij zich nog over een pakkende titel,
daar begon een roman toch mee?

Jarenlang hoorde men niets meer van Wim K.
Achteraf kwam aan het licht dat hij zich impulsief en zonder voorkennis
tot Rooms Katholiek had bekeerd. Roman Catholic.
De roman was af, hoewel nooit geschreven.

Uitpakken


Zijn dat nou Seepaarden pap?
Nee jongen, dat zijn echte Waterpaarden…zeepaardjes zijn kleiner, die leven onder water.
Echt waar…heten deze echt zo…waterpaarden?
Nee, niet echt…ik noem ze alleen vandaag maar zo…
Hoe heten ze dan in het echt?
Dat weet ik echt niet, in het echt kun je ze heel veel namen noemen.
Hoe dan?
…wilde paarden….natuurpaarden….duinpaarden…indianenpaarden…
Dus namen zijn niet echt?
Namen zijn als kadopapier om de dingen in te pakken, als je ze hebt uitgepakt dan kun je het papier weggooien, namen zijn maar zogenaamd…
Bij wijze van spreken…?
Mooi gezegd, jongen!
Dan kan ik ze vandaag ook Seepaard noemen.
Natuurlijk…je kunt deze paarden inpakken met het woord Zeepaard.
Dus eigenlijk zijn alle dingen kaal.
Wat bedoel je?
Niet ingepakt door de taal…
De wereld van de tienduizend dingen is een kado, uitpakken is nodig.
Waarom eigenlijk?
Anders blijven de dingen ingewikkeld.

Gewapend beton


Met oefenbommen van gewapend beton oefenden de Duitsers boven de Kennemerduinen met hun Messerschmidts.
Ook vernietigen moet je kennelijk oefenen, zorgvuldige vernietiging door bommentapijtjes te leggen.
Oefening baart kunst, de kunst van het doelgericht vernietigen.

Is het precisiebombardement een teken van beschaving?
Voorheen gooiden of brandden de barbaren alles lukraak plat.

Is destructie het omgekeerde van kunst of kan het vernietigen van lelijke dingen soms ook schoonheid opleveren?
Bijvoorbeeld de vernietiging van de wapenindustrie…zou dat schoonheid brengen?

Na de destructie kunnen er weer standbeelden van oorlogshelden geboetseerd, medailles en onderscheidingen opgespeld.
Liefst gegoten uit het zelfde brons als de granaathulzen.

De oefenbommen zijn van gewapend beton, zware wapens uit het stenen tijdperk. Beton is niet om te smelten.
Ze liggen nog her en der in duinen. Ze liggen onschuldig te zijn.