Kind noch kraai

De hond lag in zijn mand toen hij wakker schrok van brutaal getik tegen de ruit. Hij blafte tegen de ongenode gast, een jonge kraai.
Het kraaienjong zat onhandig te wiebelen op de leuning van de tuinstoel en probeer door het glas naar binnen te komen. Toen ik hem buiten opzocht probeerde ik uit of hij kon vliegen.
Zodat hij zich zou kunnen redden als er belagers zoals ik op zijn pad zouden komen. Ik klapte in mijn handen.
Hij vloog niet maar hipte voor mij uit en ging op de vuilnisbak zitten. Voorzichtig stak ik mijn hand uit naar zijn zwarte kop. Ik verwachtte gepikt te worden door zijn scherpe snavel maar in plaats daarvan
sperde hij, ogen dicht, zijn bek wagenwijd open, in het volste vertrouwen dat ik hem een lekker hapje ging voeren. Deze vogel was dus nog totaal weerloos. Zonder tegenstand liet hij zich omvatten door mijn handen.
Fantastisch zo rijk als ik mij voelde. Een eigen kraai blijft de geheime droom van de jongen in mij. Gelukkig doken nu de scheldende ouders op. Met een worp gooide ik mijn droom op het schuurtje van de buren, van daar af zouden zijn ouders hem kunnen bijvoeren tot hij echt kon vliegen. Hij fladderde echter meteen eigengereid van het dakje af tussen het hoge gras. De hele avond nog hoorden we de bezorgde ouders kraaien tegen hun kind, ongeruststellende klanken.
Later lazen we dat het te vroeg nestverlaten normaal is voor kraaienkinderen.
Ik was dus onnodig bezorgd geweest, wellicht omdat ik zelf kind nog kraai heb
en zelf mijn nest moest verlaten zonder goed en wel te kunnen vliegen?

Wegwerkvlek

Humor in kunst is vaak niet leuk omdat ze zo bedoeld is.
In de ‘serieuze kunstwereld’ is humor eigenlijk ‘not done’.
Als het dan toch een keer slaagt is het meestal een toevalstreffer of toch niet?

Bij de overzichtstentoonstelling ‘humor in de kunst’ in museum ‘de Hallen’, Haarlem heeft een medewerker het schilderij ‘Portrait of a nail behind the canvas’ met witte muurverf overgeschilderd. Niet het hele schilderij, dat was al wit, alleen de spijkerkop. Hij dacht echt dat het een vlek was op het schilderij. Een vlekje van tien bij tien centimeter.
De schilder Bas van Wieringen is niet tot commentaar bereikbaar. Tegen de betreffende medewerker zijn passende maatregelen genomen, niet in de laatste plaats vanwege zijn ijver.
Wat de passende maatregelen zijn wil het museum niet zeggen. Wel benadrukt de directie dat het incident geen publiciteitsstunt is.
Het schilderij wordt op dit moment gerestaureerd.
Of de identiteit van de schilder en de medewerker identiek zijn wil het museum ontkennen noch bevestigen.

Slangenmens


Photo:Jelle Touw © 2017

Hoe is de oermens erop gekomen om te gaan tekenen?
Ik ben ervan overtuigd dat het de slang was, moeder van de tekenkunst.
Meesteres van de klare lijn.
De slang trekt één lijn in de huid van de aarde, ondoorbroken. Ze tekent zichzelf af.
Ze deelt daarmee het vlak in tweeën, een positief en een negatief.
Je kunt beide vlakken als zelfstandige vorm zien.
De ene lijn is iets mysterieus, ze schept twee vormen in één.
Het concept van dualiteit werd geboren, het denken.
De oermens volgde sporen in het zand, zag er tekenen in, betekenis.
Zo begon hij zelf te tekenen in het zand.
Het leidde tot de grottekeningen van Lascaux.
Alsof de mens zelf sporen wilde nalaten.
Alsof hij gevonden wilde worden…
Zoals F.Wildesheim reeds opmerkte;

‘De jager is zijn eigen prooi!’

Nog mysterieuzer is de waterslang, ze tekent zich af in water.
Zo ontstond de mysticus, een mens die in water tekent, een slangenmens die ontsnapt aan alle definities.
Er is maar één vrij zijn; vrij zijn van definities.

NAT

Op de straat voor het afgeschilderde bushokje staat nog maandenlang het woord NAT gekalkt. De verf is allang droog.
De graffiti is onder het grijs weggeschminkt.
Er stond;

‘Vergeet de wereld, begin bij je zelf’

niet gesigneerd, niet geautoriseerd.
Later die dag zag ik een transparante vlag wapperen, kleurloos doorzichtig als glas.
Ik weet niet meer waar, wellicht droomde ik het.
Ja, dat zal het zijn geweest.
De lucide droom is de vlag die elke aardse lading dekt.
Wat is een vlag als de wind is gaan liggen?

Wessel B.

Wessel B. werd onlangs vrijgesproken van plagiaat, B werd bekend als de ‘Photofotograaf’. De rechter oordeelde uiteindelijk dat een foto nemen van een andere foto gewoon weer een nieuwe foto was. Doorslaggevend in dit vonnis was dat de Photofotograaf zijn foto altijd iets aanpaste. De belichting, scherpte, kleurintensiteit en het formaat.
Het werd op een gegeven moment verdacht dat B. Foto’s van lokaties verspreid over de hele aardbol aanbood, waar hij onmogelijk tegelijk geweest kon zijn.
‘Hij reist wat af!’, klonk steeds vaker op de redacties.
Tot er een reportage moest verschijnen waarin hij tegelijkertijd in Patagonië, Lapland, China en Australië zou zijn geweest. Op de foto’s waren gewoon de afdruktijden af te lezen.
Toen B. zich van geen kwaad bewust op het matje werd geroepen verklaarde hij nooit te hebben beweerd dat hij zijn huiskamer ooit had verlaten om zijn ‘wereldfoto’s’ te kunnen maken.
‘Ik maakte ze altijd vanachter mijn computerscherm of rechtstreeks van het televisiescherm, met een kopje koffie erbij!’
De redacteuren waren verbijsterd; ‘Je weet toch dat je dan plagiaat pleegt?’
De Photofotograaf bleef doodkalm en zei; ‘Ik heb de matige beelden alleen maar geoptimaliseerd….soms door gewoon overbodig materiaal weg te snijden…door de compositie uit balans te brengen zodat het weer interessant werd om naar te kijken!’

‘Vergelijk mij met de redacteur van Carver, de grote schrijver van het kleine!’
‘Zijn redacteur schrapte naar schatting de helft van zijn manuscripten, waardoor er nog iets te raden overbleef voor de lezer!’
‘Feitelijk is hij de grote vormgever die Carver tot Carver heeft gemaakt!’

‘Dus de gedupeerden mogen je eigenlijk dankbaar zijn, dat je hun matige werk aan de vergetelheid ontrukt?!’
De redacteuren keken elkaar hoofdschuddend aan en konden tot hun spijt niets anders doen dan hun topfotograaf Wessel B. aangeven.
Anders zouden zij zelf miljoenenclaims kunnen verwachten als medeplichtigen.

Gevreesd wordt dat Wessel B. school gaat maken na deze gerechtelijke uitspraak.

2 X

Twee keer schept vorm.
De eerste keer lijkt het nog nergens op.
De tweede keer lijkt op de eerste, ze bevestigt de eerste.

De eerste keer is het magische scheppingsmoment
van een lukrake impuls, een nog doelloze poging.
Herhaling maakt vorm, bestaansvorm.

De tweede keer maakt dat de eerste keer de bedoeling lijkt.
Het geheugen maakt die herkenning mogelijk en schept ook
de verwachting en de verheuging op de derde keer.

De derde keer is het vieren van de vorm.
Nu is het de kunst om deze vorm bewust te vergeten.
Door het vastleggen van de vorm kun je het loslaten.

Ruimte voor een nieuwe poging…

Photo:Jelle Touw © 2017

Oorogen

Onder de bezielende leiding van Lasse Malstrøm werd in 2070 de eerste serieuze sciencefiction-band ‘The Void’ opgericht. Er waren natuurlijk wel al
bands als Ufocrash en Boring-Alien geweest die zich op de toekomstmuziek hadden gestort, maar die muziek was kinderspel vergeleken bij het werk van The Void.
‘The Void’ begon meteen zeer revolutionair in de zin dat zij niet alleen intergalactische muziek maakten maar hun concerten ook de ruimte in wilden sturen. Hun eerste album ‘Alien Nation’ was niet meteen een succes.
Ze wilden de muziek direct richten aan een mogelijk buitenaards publiek. Deze compromisloze aanpak stuitte uiteraard op fundamentele problemen.
Zoals bekend klinkt er buiten de dampkring geen muziek, er is daar geen namelijk lucht, geen medium waarin klank zich kan voortplanten.
Hoe kon The Void hun muziek dan toch de ruimte in sturen?
De enige optie bleek om de muziek te transponeren naar het lichtspectrum, daarvoor verhoogden ze de frequenties tot zichtbaar en onzichtbaar licht.
Malstrøm was ervan overtuigd dat het enige wat ons scheidt van buitenaards leven snelheid is, de lichtsnelheid zou die scheiding overbruggen. Gemakshalve ging Lasse er vanuit dat buitenaardsen muziek dus met hun ogen konden beluisteren. In plaats van gigantische geluidsboxen stond er een batterij aan laserkanonnen opgesteld in de Nevadawoestijn. Het concert kon beginnen met Lichtmuziek.
Een revolutionair concept, oorogen.
‘Het is vergelijkbaar met hoe wij de sterren zien’ licht Lasse toe, ‘sterren die soms al decennia lang uitgedoofd zijn zien wij moeiteloos nu….Wellicht zien wij wel de lichtmuziek van buitenaardse beschavingen aan de sterrenhemel schitteren….Wanneer wij zien als horen gaan zien zou er een wereld van visuele muziek voor ons open gaan!’

Op kritische vragen naar de zin van het hele project reageert Malstrøm laconiek;
‘Ik zie de sterrenhemel als een enthousiaste reactie op het werk van The Void, wij voelen ons zeer erkend door het buitenaardse’.

Malstrøm met zijn twee bandleden.

Uitwendig skelet

{CAPTION}

Zijn moeder veranderde langzaam in een vlieg. Ze had het zelf niet in de gaten en hij durfde het niet te zeggen. Eerst was ze nog klein, timide en bescheiden.
Het begon ermee dat ze hem stoorde in zijn spel door luidruchtig te gonzen en te doen alsof ze gevangen zat in het hoekje bij het raam, achter het gordijn. Hij moest haar helpen zich te bevrijden van die benauwenis. Een goede zoon deed dat gewoon. Het schilferachtige gegons gaf jeuk onder zijn hersenpan. Daar waar je niet kon krabben.
Na zijn liefdevolle interventie vloog ze vrij rond en kwam dankbaar irritant op zijn arm zitten. Hij bekeek haar terwijl ze haar voorpootjes waste en schudde haar af.
Gepikeerd keek ze hem dan aan; ‘ik waste toch alleen maar dankbaar mijn pootjes?’
Even later kroop ze opzichtig op het papier waar hij iets probeerde te schrijven voor zichzelf. Het ging niemand wat aan wat hij daar schreef en zeker niet zijn gevleugelde moeder. Ze leek zelf wel een warrig inktvlekje op het witte papier.
Ze liep letterlijk tussen zijn geheimen door te snuffelen.
Plots klapte hij het schrift impulsief dicht. Ze ontsnapte glorieus en ging pesterig op het randje van de lampenkap zitten.
Geleidelijk aan groeide moeder uit tot monsterlijke proporties.
Hij kon nu helemaal niet meer om haar heen. Overal in het ouderlijk huis liep hij haar tegen het zwarte glimmende lijf.
Ze werd te zwaar om nog zelf te kunnen vliegen, zodat hij haar moest gaan voeden. Haar aandachteisende gegons werd nu echt ondraaglijk.

Midden in de nacht besloot hij zijn geboortehuis te ontvluchten. Zonder iets mee te nemen sloop hij muisstil de trap af. Afscheid nemen zou te gevaarlijk zijn, nooit zou ze hem laten gaan.
Weg moest hij. Geluidloos daalde hij de trap af…opende de buitendeur waar de nacht hem opwachtte.
Blindelings liep hij de duisternis in.
De vlucht was een thuiskomen.
Alleen de herinnering aan zijn moeder vervloog niet, die schilferde soms nog na in zijn brein, gepaard aan een vaag gevoel te worden bekeken vanaf het plafond.

Wellicht dat de nacht daarom zo veilig voelde?

Double Dutch Design

Dit is geen auto-ongeluk, maar nieuw werk van Egon Malvinga van Buro Kaaldesign.
Egon heeft het begrip randomdesign gemunt door zich te focussen op het reproduceren
van unica, zij het wel op machinale wijze. Waar machines voorheen geacht werden exacte copieën te reproduceren laat Malvinga ieder object steeds iets anders vormgeven. Dit vergt uiteraard een revolutionaire aanpassing van de software.
‘Maar ja, al het harde is soft!’ ,quote de jongehondachtige ontwerper.
‘Filosofisch en ook wel praktisch wil Kaaldesign de rationele rastermentaliteit doorbreken’.
“De werkelijkheid is irrationeel, lukraak, juist het onvoorziene aspect maakt de ontwerp levend, open voor evolutie!” ,aldus de begeesterde ontwerper met zijn enorme warrige haardos.
Verbijsterd over dit creatieve precisieborbardement blader ik door de ‘Kaal-collectie’.

“Ook authenticiteit is reproduceerbaar, al het zelfde kan ook allemaal anders!”,
staat er op de flaptekst van de nieuwe collectiebrochure.
Elk exemplaar is weer anders gesneden, schuin, scheef, rond. Wat een concept!

Bewust vergissen

‘Ja, hallo, ik ben het, met mij!’
‘Wie………….!’

Ik bel drie keer per week een anoniem nummer, zomaar…
Een soort dialogisch zwerven.
Het lijkt significant hoe weinig mensen opnemen, maar soms lukt het om iemand te spreken.

‘Ik wil niks kopen..!’
‘Nee, ik verkoop ook niets’
‘Ik ga ook niet van provider veranderen, hoor!’
‘Wees niet bang, ik ben geen telemarketeer!’
‘Wat wilt u dan van mij…energie…een rookmelder aansmeren?’
‘Ik wil niets van u, ik wil u even gewoon even spreken’
‘Zeker voor een enquête of is het dat proefabonnement?’
‘Nee hoor, zomaar even contact maken..’
‘Waarom dan, bent u eenzaam of zo…een ” Lone Woolf?”
‘Nee ik ben niet eenzaam, maar ik spreek wel opvallend veel mensen die geen antwoord willen geven.’
‘Dus u belt zomaar in het wilde weg een onbekend nummer!’
‘Inderdaad, dat is juist’
‘Weet u wel dat dat strafbaar is, mijn nummer is niet voor niets anoniem’
‘Lukraak bellen is legaal en vergissen is menselijk ook als je je bewust vergist’
‘Goedemiddag, wilt u mij nooit meer bellen?’
‘Ja hoor, dat wil ik wel proberen, fijne dag nog!’
‘…..Toch bedankt dat u mij niets wilde verkopen!’