
Je ziet ze wel eens tegen de onderkant van een brug of viaduct kleven
blinde vlekken van vals licht weerspiegeld op het water, kabbelend licht.
Als tegenwicht op dit verschijnsel reizen wolkvlekken als schaduwen over
de weilandschappen, zo blijft het lichtschrift leesbaar. Schijn verdampt.
Onze bron beschrijft met inktlicht de dingenwereld met fotonen die in onze obscure
bovenkamer worden ontwikkeld. Hebben wij ooit wel eens de dingen echt gezien?
Welnee, enkel weerschijn van een huid zien we en daarachter vermoeden wij iets dingachtigs. De rest is speculatief, dat weten we niet…Wat kan ons inlichten?
Licht zien of licht zijn? Stel dat dat de vraag is? Vragen kunnen ook nieuw licht werpen op de dingenwereld. Vooral als de vraag gezien wordt als een niet weten. Dan werpt het een helder licht. Neem geen genoegen met een antwoord op dit heldere licht. Elke vraag betekent feitelijk…ik weet het niet! Deze zaklamp heb altijd bij de hand.
Of beter gezegd, deze lichtbron ben je zelf. Innerlijke zon.
Al decennia is bekend dat placebo’s het zelfhelend vermogen van het lichaam in gang kunnen zetten. Met grote tegenzin begint de wetenschap het middel te erkennen, wat veel zegt over de spastische houding van wetenschappers ten opzichte van geestelijke invloed op de materie, ofwel dat het subject het object bepaalt.
Als micronaut kom ‘je’ op plekken waar normaal gesproken geen mensen komen.

