En theos

Wie denkt er ooit aan het publiek als opgejaagd wild.
Arm publiek dat constant wordt belaagd en behaagd.
Applausmachine in de globale amusementscompetitie.
Altijd en overal maar onbetaald getuige van moeten zijn
en er nog de prijs voor betalen ook, met kostbare tijd.
Altijd staan ze aan de zijlijn, zich moe te juichen, buiten spel.
De applaushonger is niet te stelpen, niet bij te benen…
Als geld tijd is, hoe arm ben je dan als je nergens tijd voor hebt?
Alleen stelt publiek niets voor, wel samen in grote getale.
Zo wordt ze geteld en te gering bevonden, vergeleken met
de hoogste score…Meten is weten dat je slaaf bent van het getal.

Vroeger toen alles nog beter was, alleen al beter omdat het nooit later werd
-voor de tijdmeting bestond er immers nog geen uur, geen tijdstip-
men leefde vol vuur, vol van het ervaringsfeit een goddelijke vonk te zijn.
In het goddelijke zijn, en theos, natuurlijk enthousiasme, tijdloos.
Gelukkig is tijd geen geld, want ook geld bestaat niet zonder meting.
Voor maat bestaat er geen maatstaf, elke maatvoering is maar een afspraak.
Laten we dus afspreken geen afspraken te maken. Het is nooit later geworden.

Schermutselingen

‘Mijn natuurbeleving is een kapot tv-toestel…’ zo vatte W F Hermans ooit bondig samen.
Wat zou hij nu zeggen over de huidige beeldschermsamenleving? De mens begraaft zichzelf levend in een beeldschermlabyrint…? of zoals Wildesheim het zegt: de virtuele pixelwoestijn. Komt er ooit een beeldschermenstorm die de terreur van het scherm saboteert? In Japan is er al een golf geweest van mobieltjes die massaal en doelbewust in de Metrowagons werden verloren om aan de verplichte bereikbaarheid te ontkomen. Totdat bewust verliezen strafbaar werd gesteld. Bereikbaar zijn is traceerbaar zijn, is gemonitord worden, is onder curatele staan en uiteindelijk onder commando. Wat rest is opzitten en pootjes geven aan de baas.
Tot zover de natuur die alles is behalve een beeld op een scherm.
Nu iets over cultuur, wie het zei weet ik niet meer, maar het bleef wel hangen.
‘Cultuur is een familiegrap die alleen binnen die familie gesnapt wordt’.
‘The medium is the message’ de boodschap is: je moet een mobiel hebben, anders sluiten we je buiten.
Wellicht wordt buitengesloten leven, ver van de virtuele wereld de meest begerenswaardige staat.

Theorie

Jean-Jacques Rousseau
beschreef zijn ideale opvoeding,
in het boek ‘Émile, ou De l’éducation’.
Zijn ideale visie betrof alleen jongens,
meisjes moesten leren gehoorzamen en dienstbaar zijn.
Deze ‘verlichte geest’ maakte vijf kinderen bij zijn keukenmeid,
die hij alle vijf ‘schonk’ aan vondelingentehuizen.

Dr. Benjamin Spock
Amerikaans opvoedingsgoeroe schreef
een standaardwerk over opvoeding.
Volgens zijn eigen kinderen was hij een afstandelijke man
die nooit genegenheid toonde. Zijn dwingende boodschap
aan zijn kinderen was:
Als je niet gelukkig bent, zorg dan dat je het wordt!

Wat anders heeft een kind nodig dan gelukkige ouders?

Capsicofagen

Iedereen kent wel een capsicofaag. Weinigen weten wat een capsicofaag is.
Plantenprofessor Stefano Mancuso legt het uit: Er lopen op aarde twee en een halfmiljard mensen rond die van pittig eten houden, Hetepeper-vreters. De meest fanatieken eten pure Chilipeppers. Ze houden onderling wedstrijden om wie de meeste en heetste pepers kan wegwerken. Het wonderlijkste detail is dat ze daarbij geen enkel druppeltje zweet laten vallen.
De Amerikaan Wilbur Scoville heeft een heetheids-schaal ontwikkeld, de zogeheten Scoville Heat Unit, SHU… Pure Capsaïcine heeft 16 miljoen SHU, de hoogste score.
De heilige graal in peperhitte. Waarom doen mensen zich dat aan ?
De eerste keer is de hitte ondraaglijk onaangenaam, lava op de tong. De tong proeft geen smaak meer, de papillen raken verdoofd. Het is geen marginaal verschijnsel
gezien het aantal gebruikers en gezien de productie, 33 miljoen ton Chilipeppers per jaar. Voor de doorzetter ligt er een beloning in het verschiet.
Het geheim zit hem in de bijwerking, de hersenen gaan endorfinen aanmaken, hoe heter hoe meer endorfinen. Een legaal verdovend middel dus, de hersenen zelf dealen de werkzame stof. Het effect is te vergelijken met de ‘Runners High’ , een euforische staat die bij marathonlopers ontstaat. Verdoofd door endorfinen wordt de pijndrempel enorm verhoogd. Er zijn voorbeelden van lopers die met ernstige blessures gewoon de marathon uitlopen. Ook honden kunnen bij wijze van zelfmedicatie bijv. op hun poot gaan bijten tot bloedens toe wanneer ze ergens anders pijn hebben, zo maken ze endorfine aan. Psychiatrisch patiënten snijden zichzelf om dezelfde reden, om even een staat van welbevinden te bereiken. Vergeleken met pootbijten en jezelf snijden is het eten van pepers vrij onschuldig. Vergeleken met een marathon lopen is extreem pittig eten natuurlijk de makkelijkste weg, je proeft alleen niets meer. Op een van de vele mondiale ‘Peperbeurzen’ zijn T-shirts te koop met de tekst: Pain Is Good!
Probeer dit even te doorgronden: Pijn is goed. Omdat ik dan pepers kan eten om de pijn te verdoven…dat doet even pijn, maar dan voel je ook niets anders meer dan verdoving.
Het niet zweten is overigens te verklaren. Als een prooidier in stress is, in shock…dan produceert het lichaam geen angstzweet zodat het dier niet traceerbaar is. Oog in oog met het einde wordt het doodkalm.

Leger

Door de autoriteiten werd er een krans gelegd bij ‘het monument van de onbekende toerist’. De anonieme vakantieganger, moegestreden tegen de armoede in arme landen en zat nu verslagen thuis.
Samen met miljoenen anderen hadden ze een leger gevormd, een vreemdelingenlegioen. Jaar in jaar uit, soms vier keer per jaar waren ze als invasiemacht erop uit getrokken in den vreemde om gewapend met geld de mooiste gebieden op aarde ‘tijdelijk’ te bezetten en de mensen daar te bevrijden van armoede. Het tijdelijke karakter van de bezetting was geleidelijk aan permanent geworden. Bevrijders werden nu als uitbuiters gezien, als neo-kolonialen. Armoede voerde een ondergrondse guerillastrijd tegen de toerist die zichzelf als een soort van
vrijheidsstrijder zag. Was vakantie in feite niet een voortzetting van de reguliere oorlog alleen met andere middelen. ..onder het motto: met een toerist als vriend heb je geen vijanden meer nodig? Met hun geld en vrijetijd kon een bataljon toeristen hele volksstammen inlanders aan het werk houden. De luchtmacht speelde een cruciale rol in snelle efficiënte troepenverplaatsingen. Hele hotels werden in het veroverde gebied gevorderd, stranden werden ingenomen door dit bevrijdende bezettingsleger. Toch verloor het vakantieleger terrein, rekruten deserteerden en bleven liever thuis met de foto’s. Gewapend met souvenirs als oorlogsbuit waren de laatste toeristen gerepatrieerd, nu zaten ze verslagen thuis. De armoede had gezegevierd. Het uitgeputte land was weer van de lokalen.

Stip

Het jonge meisje had onredelijk staan schreeuwen…dat de wereld in brand stond.
Ze werd meteen gediagnosticeerd, maar ook dat hielp niet…ze bleef maar schreeuwen, ondankbaar en verwend.
Het gebeurde allemaal in de tijd dat de honden het blaffen uit hun achterste hadden verleerd. Elk kind kreeg toch die prachtige stip op de horizon voor zijn verjaardag. Die stip wees de vooruitgang aan. Wisten volwassenen veel dat het des kinds was om via de achteruitgang weg te glippen… naar het leven zonder stip. Waarom zouden kinderen zich met cijfers bezighouden als het algoritme dat al deed? Waarom zouden ze de officiële taal leren als ze elkaar in hun eigen taal konden verstaan. Bovendien hadden ze zo onderling hun geheimtaal om de volwassen wereld te saboteren. Waarom leren lezen en schrijven als ze met hun eigen leven hun verhaal konden leven, spelenderwijs? Het leven schreef zich vanzelf van dag tot dag. Elk kind wist diep van binnen dat verveling veel boeiender was dan welke scholing dan ook. Het enige dier dat naar school moest, het mensenkind.
Hoe kon het dat onopgeleide dieren precies wisten wat het leven van ze vroeg, zonder diploma, zonder vliegbrevet. Ongeschoolde vogels floten toch hun volmaakte lied voor de wereld? Kinderen bezaten moeiteloos de gave om irritatie op te wekken door gewoon zichzelf te zijn. Hoezo stippen op de horizon? Hun enige stip was de zon zelf en kwam jou vanzelf stralend tegemoet.
Gelukkig kwamen er robots voor de volwassen mens op de markt die volautomatisch doelgericht, efficiënt, rechtstreeks naar de stip toe bewogen…tot ook eerste robot met een burn-out werd binnengebracht, geheel overstuur, het ding sloeg wild om zich heen…zijn processor kon het allemaal niet meer verwerken…metaalmoe. Het meisje bleef maar schreeuwen… dat de wereld geblust moest worden. De instanties gaven haar maar gelijk, dan hield ze even op met schreeuwen.

Stamboek

Het Friese Wolvarken is een vrijwel uitgestorven stamboekvee-ras en staat in de Unescolijst voor werelderfgoederen. Wie geluk heeft vindt een enkeling eenzaam in een weiland. De rest is opgezet in musea te bewonderen. Een prachtdier, je weet niet wat je ziet…een gespierde rompvormige homp op pootjes. Zijn naam dankt deze soort aan het feit dat het zich schorgeblaat heeft, op zoek naar soortgenoten, waardoor het tot geknor is verworden. Veel geknor maar weinig wol is zeker op dit ras zeker van toepassing, het haar groeit tergend traag. Er zijn meerdere Friese namen voor het oerdier, men noemt het Kaalskaap…ook wel Modderskaap omdat het rollend door de zompige prut moddergoor wordt. Sommigen noemen hem zelfs de Friese Weidedolfijn omdat hij regelmatig in de sloten te vinden is. Het verdrinken gaat hem daarentegen weer niet zo goed af vanwege het feit dat hij zo weinig wol te geven heeft. Dat hij nog leeft mag toegeschreven worden aan zijn onbruikbaarheid. Het vlees smaakt gronderig en naar tranige oude vis, wellicht omdat hij zoetwatermosselen eet als hij toch weer eens in de sloot ligt? Een Friese bioloog omschreef hem daarom zelfs als amfibie.
De weinige wol is uiterst zeldzaam, dus zeer kostbaar en vindt gretig aftrek bij taxidermisten die het als vulling gebruiken voor opgezette Unescokandidaten.

Fijne ziekte

In haar onmetelijke wijsheid heeft het Algoritme het perfecte medicijn ontwikkeld waar nog geen geschikte ziekte voor bestaat. Er bleek onder de bevolking een enorm gebrek aan aangename klachten. Bij een preventief prettig medicijn hoort natuurlijk ook een fijne ziekte. Het streven is om een heel fijne ziekte te kweken belooft de Data-authoriteit, een onschuldige aandoening met louter aangename bijwerkingen. In de laboratoria wordt hard gewerkt aan een virus dat goed besmettelijk zal zijn. Ik hoor u al bedenkelijk naar de muur staren…waarom zou je een prettige ziekte willen genezen en er een medicijn tegen innemen? Terechte kanttekening. Echter, dit middel onderdrukt, de in dit geval aangename klachten, niet zoals reguliere medicijnen doen, maar versterken die juist. Gevaar is wel dat de behaaglijke ziekte verslavend zou kunnen werken…het kan ook te aangenaam worden, hetgeen zou leiden tot behaag- ziekte . In dat geval is het advies een iets lagere dosering te slikken. De ziekte zal naar verwachting binnen een jaar op de markt komen. Tot die tijd kunt u alvast de medicatie in huis halen en u gaan verheugen.

Uniek


Het Zuid-Kynerisch schiereiland Buklivio werd al sinds mensenheugenis bevolkt door Wassilpaten en de Vossilgozen. De Vossilgozen vonden de Wassilpaten anders, alleen hun naam was al anders…die begon immers met een W…en ze woonden aan zee. Een echte Vossilgoos hoorde in het binnenland te leven. Een Wassilpaat die in het middelland wilde leven werd daar weggekeken. En aan zee zag je zelden een Vossilgoos. Het lastige was wel dat ze zo verdacht veel op elkaar leken, dus deden ze veel moeite om te verschillen. Vossilgozen droegen lange baarden en kaalgeschoren schedels. De gemiddelde Wassilpaat droeg lang haar in een vlecht en een kale kin. Onderling heerste er een dwingende sociale controle. Als iemand zich even niet op de juiste plaats schoor en teveel ging lijken op de tegenpartij ontstond er een soort nerveuze paniek.
De rayonkapper werd meteen ingeschakeld om de rust te herstellen. De vrouwen hadden het moeilijker omdat ze allemaal even mooi waren. Ze moesten zich achter hun mannen scharen. Zonder man verschenen ze niet in het openbaar. Zo kon het volk toch de rust en vrede bewaren op Buklivio. Er kwamen jaarlijks horden toeristen naar het schiereiland om de unieke cultuur van de Wossilgazen en de Vassilpoten te bewonderen. Ze kochten er hun souvenirs gemaakt van mensenhaar.

Werk: Ossip

Schattenschrift

Lichtontwerper Ingo Maulwurf maakte in zijn vorige leven talloze belichtingen en lichtontwerpen tot hij de lukrake en hermetische wereld van de schaduwwerking ontdekte. Lukraak omdat schaduw een onbedoelde bijwerking is en hermetisch omdat het pure natuurkunde betreft, de dwingende wetmatigheden van het licht. Ingo begon ermee om zijn eigen schaduw te fotograferen. Hij verwonderde zich erover hoe eindeloos veelvormig die zich kon tonen, één stapje opzij of één wolkje voor de zon was al bepalend voor de hele verschijningsvorm. De vluchtigheid van schaduw ontroert hem, het spel dat ze speelt met ons op de muren van onze bovenkamer.
Uit de catalogus van die Schattenschrift-ausstellung Pinakothek München:
” Jeder zufällige Schattenform ist ein Kunstwerk ohne Künstler, ein willküriges göttliches Handschrift…es sagt: Kuck mal Mama ohne handen! Niemand macht etwas, das Schattenschrift wird irgendwo entdeckt im offenbares Domain, wie gefundenes Fressen.”

Maulwurf ziet zijn overstap naar beeldende kunst als een dankbare oogsttijd, na al het licht wat hij voorheen in de wereld gezaaid heeft. “Schatten sind die Blumen des Lichts.” Het lukt hem niet het werk te signeren, al zou dat de marktprijs enorm verhogen.

Schattenseele

De ziel is als schaduw, ze licht op onder je voeten
Niet krijgen wat je dacht te wensen is het geschenk
Je dacht een ziel te krijgen maar toen kwam het licht.

Ingo Maulwurf, vertaling F. Wildesheim.