Inwendige kwispel

Als ik na het inslapen van mijn vorige hond alleen over straat wandelde kwam ik regelmatig bekende honden tegen, met hun baasjes aan de andere kant van de lijn. Het wonderlijke was dat ze mij niet herkenden zonder onze ziel op pootjes. Door het verlies loop je er maandenlang wat verloren bij dat spreekt vanzelf… Maar dat je behalve je hond ook je identiteit kwijt bent onthult natuurlijk veel over identiteit op zich. Wie ben je nog zonder hond in de ogen van anderen? Een willekeurige passant… een inwisselbare medeweggebruiker? Identiteit is iets wat je voor anderen bent, een plaatje wat men op jou plakt. Die man met die leuke hond. Nu loopt iedereen meestal met zijn eigen identiteit een een lijntje, maar je kunt natuurlijk met iedere andere identiteit (lees hond) uit wandelen gaan. Je kunt elk moment van identiteit wisselen, neem een andere hond. Je kunt natuurlijk ook zonder hond (lees identiteit) de straat op en aan iedere wandelaar vragen: Wie denkt u wel dat ik ben?
En bij welk antwoord dan ook zeggen, dat reken ik ook goed, al herken ik mij er niet in. Er zijn ook mensen die er hele roedels honden op na houden als verschillende identiteiten. Kan dus allemaal moeiteloos naast elkaar bestaan, het bijt elkaar niet.
Voor mij is identiteit een slapende hond die ik wakker maak indien nodig en dat is sporadisch. Het wonderlijke is dat die wakkere hond altijd precies de rol vervult die de situatie vereist en lijkt het zelfs leuk te vinden om allerhande rollen te spelen, gezien het inwendig gekwispel.

Geursporen


Hond heeft geen zelfbeeld, ze ruikt hoe haar aard zich verhoudt
tot het omringende geurveld. Ze snuift de data op en heroriënteert
zich elk moment, zo vindt ze haar eigen weg met ons.
Soms zijn we haar kwijt, turen we in de verte…waar blijft ze nou?
Blijkt dat ze stilletjes achter onze rug samen met ons staat te kijken
waar ze nou toch bleef.
Baasjes moeten normaal doen…zich niet verstoppen, wegrennen
of even willen aanlijnen, dan wordt de baas bij zijn broekspijp
gebeten en tot staan gedwongen…als een onwillig schaap.
Hond rent als een dolle vos kriskras door het bos, onvermoeibaar.
Tot ze de auto ziet…en plots dodelijk vermoeid laat ze zich omvallen,
op haar rug rolt en gluurt met één oog naar onze reactie.
Ze laat haar roze buik het werk doen. Pas als we haar de hemel
in prijzen om haar wellust veert ze op en springt in de auto.
Thuis eindigt het geurspoor, waar het lekker naar ons stinkt.

Vuiltjes aan de lucht

Voorspellingen hebben nogal vreemde ongewenste bijwerkingen.
De onheilsprofeet ziet tot zijn spijt, graag beren op de weg…
Hij is er zelf nogal dubbel over. Enerzijds waarschuwt hij zijn medemens voor wat er gaat gebeuren. Anderzijds hoopt hij van harte dat zijn visioen foutief is, maar vreest zijn eigen gelijk… bang voor zijn eigen angst. Zou de profeet koste wat kost een goede voorspeller willen zijn dan zou hij zich actief inzetten om de gevreesde ramp ter plekke te helpen voltrekken… ook een ramp heeft kennelijk soms wat ondersteuning nodig. Maar een oprechte profeet doet dat niet.
Wat doen de gewaarschuwden meestal met een onheilstijding? Ze proberen mogelijk de ramp te voorkomen door te handelen, door nalatigheid te beoefenen, door offers te brengen of te bidden… Ze ontvluchten het mogelijke rampgebied of boeken juist een ticket er naartoe als ramptoerist.

Als de ramp uitblijft kan men tot de conclusie komen dat de strategie heeft geholpen, tegelijk is de voorspelling daarmee foutief gebleken…de profeet blijkt een charlatan. Wanneer men niets zou hebben gedaan was er wellicht ook niets gebeurd… hetgeen niet te verifiëren valt.Een profeet die zijn eigen sterfdatum voorspelt ziet zich genoodzaakt om als de dag daar is zelfmoord te plegen om zijn profetie waar te maken of de geschiedenis in te gaan als een waardeloze voorspeller en hoogbejaard zonder aanzien zijn dagen te slijten.

Sommigen vinden dat de profeet zelf de grootste ramp is. Toch mogen we, al met al, elke profeet, vals of niet, dankbaar zijn voor de enorme opluchting die hij genereert wanneer de beloofde ramp zich weer eens niet heeft voltrokken. Want, wat is er heerlijker dan een zucht van verlichting…de dans ontsprongen. Geen vuiltje aan de lucht.

Sumadartson

We kunnen met vrijwel absolute zekerheid
voorspellen dat Nostradamus consequent
op het verkeerde moment en op de verkeerde lokatie
precies de juiste gebeurtenis aankondigt.
Die vervolgens met grote regelmaat ook nog eens
weigert plaats te vinden.
Dit neemt echter niet weg dat een gewaarschuwd mens
zich vergeefs zorgen maakt over dingen die nu eenmaal
lopen zoals ze lopen.
Achteraf zeggen de beren op de weg tegen elkaar:
‘Ach, het heeft zo moeten zijn…of zullen we elkaars betekenis wezen?”

Uitwiskunde

Onder de wiskundeles, tijdens een schriftelijk proefwerk
onderging ik een transcendente absentie. Opgenomen
in een zorgeloze lichtwereld genoot ik totale vrijstelling
van cijferkundige berekening. Getalsmatig was ik in de
minderheid…of beter gezegd, ik was teruggebracht tot nul.
In opperste vervoering zat ik met gesloten ogen naar een
nergens eindigend hemels plafond te staren…tot opeens
Meester van der Wal mij tot de dagelijkse orde riep:
‘Zeg, van Geenen wat zijn we hier aan het doen?
Wist de wiskundeman veel…dat hij mij stoorde in een zeer intieme
kosmische beleving. Ik keek hem verwonderd aan terwijl hij
mij dwingend wees op mijn proefwerk dat vol willekeurige dansende
getalletjes stond, met in de kantlijn vreemde droedels van wel
zeer onwiskundige figuren. Hij verwachtte een plausibele
verklaring die ik hem niet kon leveren. Het werd een dikke
onvoldoende en een pijnlijk meewarige blik. Dat ik een nul was
en vervuld was in verlangenloosheid was een som die
uiteraard totaal onberekenbaar was. Ik zwom als het ware
in het meer dan de som der delen. Wiskunde had mij uitgewist.

Autobiografie

De eerste auto in mijn leven
was de T-Ford van Laurel & Hardy
die in ‘A Perfect Day’ wegzonk
in een diepe modderplas waarna
hun hoedjes kwamen bovendrijven.
Onze eerste auto was een Skoda
waarmee we per abuis op het circuit
NeurenburgerRing verzeild raakten.
Daarna kwamen de VW-kevers in
ons mobiele leven, de Ford Anglia,
Opel Kadet en Fiat Mirafiori….
Allemaal opgelapte afdankertjes,
afgeschreven met dagwaarde nul.
Opgereden tot de bestemming
van sloopwaardigheid was bereikt.
Van de Citroën DS, alias de Snoek
mocht ik aan aantal keren proeven,
als nipjes van een exquise likeur…
Wanneer ik mee mocht rijden naast
mijn pianoleraar, wegzinkend in de
ruime autofauteuil, geruisloos
opstijgend, als in een ruimteschip
zwevend over Gods ondoorgrondelijke
wegen, op weg naar huis.
Waarschijnlijk dacht ik:
‘Er wacht mij ‘n gouden toekomst als pianist,
gewichtloos gedragen door een Snoek…’
Er bleek geen enkel oorzakelijk verband.
In de wachtkamer bij de dokter werd mij
duidelijk het verkeerde beroep te hebben
gekozen, toen ik daar bladerde in het blad,
Arts & Auto… waarin het oorzakelijk verband
pagina na pagina werd aangetoond. Toen ik
eindelijk aan de beurt was, bleek dat mijn
kettingrokende huisarts mij niet kon genezen
van mijn leegte in de vorm van een Snoek.

Eenmalige vormvondst

Improvisatie, eigenlijk een heel lelijk woord voor iets heel moois.
Het doet denken aan het Engelse improve , ‘verbeteren’… wat erg braaf klinkt en wat niets te maken heeft met dit wonderlijke proces van onvoorwaardelijk omarmen van wat zich ook maar voordoet.
Imvosipratie, provimitasie of vimisatiepro zou al iets meer de lading dekken.
Klooikunde of de kunst van het aanrotzooien zou een passender omschrijving zijn. Aanmodderen is ook mooi plastisch…evenals pielen, maar netter gezegd komt het neer op spelenderwijs vormvinden. Vernietiging en schepping liggen in de klooikunde vlak naast elkaar, de toren kan elk moment omdonderen, dat maakt het ook zo spannend.
Handelen zonder voorkennis zou pretenderen dat de speler als een onbeschreven blad zou handelen….wat de rijke traditie van voorouders miskent. De speler is altijd de dwerg die op schouders van vele reuzen staat…
De zuivere aanrotzooipraktijk viert datgene wat er nog nooit is geweest
en dat ook nooit meer in deze vorm zal voorkomen, het wordt niet vastgelegd. Rituelen hebben strikte herhaling als criterium, maar Klooikunde viert het eenmalige als ritueel en daarmee is het een eeuwig vers proces.

Uitstapje

Herinner je: Je rijdt op een rotonde zonder afslagen. Onder het rondjes rijden stap je uit je voertuig. Je loopt naar een ander beschikbaar vehikel voor of achter je… al rijdend neem je vanzelfsprekend plaats achter het stuur van bijvoorbeeld een Jeep of een brandweerauto…tank, Cadillac, een bus….een kraanwagen.  Je wisselt achteloos van identiteit… nu ben je militair, dan brandweer, buschauffeur, miljonair, coureur….
Onderweg merk je dat elk stuur eindeloos doordraait, maar je voertuig verandert niet van richting, je gaspedaal of de rem heeft evenmin enig invloed op je rondrijgedrag. Je wordt duizelig en een beetje misselijk.
Er galmt populaire muzak op de rotonde..die abrupt stopt…het verkeer staat plotseling stil. Hoe kwam je hier in verzeild in deze vicieuze droom… Was jij nu zo groot of waren deze voertuigen zo klein?
Welnee, je zat gewoon weer even in de draaimolen op de kermis je af te vragen wat er zo leuk aan was. Wie bijbetaalde mocht door naar de volgende ronde. Het leukste was eigenlijk om uit de molen te stappen en alle rollen af te leggen, maar daarvoor moest je er wel eerst helemaal in opgaan.

Economologica

We hebben rijke mensen broodnodig, zei de economologicus, om de armen uit te buiten. Als die niet redelijk uitgebuit worden dan zouden ze zelf rijk worden en andere mensen moeten gaan uitbuiten om rijk te blijven. Uitbuiten is wetmatig noodzakelijk om het betalingsverkeer gaande te houden. Of we het leuk vinden of niet, Iemand moet het toch doen, anders zou het betalingsverkeer tot stilstand komen en had iedereen even weinig. De grootste bedreiging voor het betalingsverkeer zijn degenen die met weinig genoegen nemen.

Claes

Elke kameel kan moeiteloos
door het oog van de naald.
Zeker als het een denkbeeldige kameel is
en helemaal als ook de naald denkbeeldig is.
Het denkbeeldige heeft geen vaste afmetingen,
noch enig gewicht.
Het denkbeeldige lijdt pijnloos
aan haar afwezige lichaam.
Ook een echte kameel past
moeiteloos door het oog
van een ‘Oldenburgse’ naald.
Want het is onbepaald hoe groot een naald
mag zijn in deze hooiberg van de tienduizend dingen?
Dit inzicht danken wij aan Claes Oldenburg,
die met zijn opblaaskunst alle proporties te buiten ging
en daarmee alle verhoudingen zoek maakte.