Straattaal

Ongevraagde verklaringen van het straatmeubilair:

Het komt gewoon door schermverslaving & aandachtstekort,
keuvelt de scheefgereden lantaarnpaal met een air…

Nou, het is eerder te wijten aan achterstallig onderhoud,
verzucht de met onkruid overwoekerde vluchtheuvel

Welnee, ageert het tot gruis vernielde bushokje,
het komt omdat teveel luxe consumenten hospitaliseert

Onzin, oreert het bijna weggesleten zebrapad,
het is simpelweg ‘n inslijten van slechte gewoonten

De echte oorzaak zit natuurlijk in het voor eigen rechter
spelen, sombert het vergeefs knipperende stoplicht

Ach, jammert de overvolle prullenbak , het komt omdat
niemand zich meer leegmaakt van het overbodige

Wat zegt de straat er zelf over… de klinkers, de tegels?
De enige echte oorzaak is dat de poëzie op straat ligt

Zonder poëzie hadden we niets om op te leven , niets
om over te lopen van vervoering, vervoermiddel bij uitstek

Want, kijk wat hier ligt…deze stoeprand van keiharde lyriek,
onmondig gelaten, ‘t meest veronachtzaamde van alle straten

Onderduik

Geboren worden is in winterslaap gaan.
Het vlezige lichaam…slechts ‘n tijdelijk
onderduikadres, een verzwaard te strak
duikerspak om aardse slaapwandelingen
mee te maken door het woud der zintuigen.
Zonder duikpak stegen we fluks hemelwaarts.
Wie zich zijn lichte wezen lucide herinnert
wordt vakkundig & fanatiek voor gek versleten.
Evident, zoals elk huis puur bestaat uit ruimte,
maar wie heeft ruimte ooit kunnen zien?

Gewis

ach, uitwisbare indruk
zo vergetelijk spoorloos,
weerloos ten onder in
dit zeker niet weten

dit gene weet zelfs
niet wat is vergeten,
hoewel benul ervan
zich blijvend aanwezigt

gelijk behangselpapier
dat is afgebladderd
van ‘n afwezige muur
weet niks zich zo puur

Vetbol


Het antwoordapparaat zocht naar een iemand
die wilde inspreken

De vogel zocht naar ‘n takje om haar vetbolbekje
aan af te vegen

De curator zocht naar een argument waarom
het goede kunst zou zijn

De chauffeur zocht geruime tijd vergeefs naar
zijn tweede versnelling

De hond zocht naar zijn baasje die hem weer
eens niet kon bij houden

De dichter zocht naar de bestlopende zin
van zijn hele leven

De psychologe zocht naar liefde waarmee
ze van het leven kon leren houden

De vlieg zocht naar een vliegenmepper om
verstoppertje mee te spelen

De manager zocht naar een uitgang om uit
de kantoortuin te ontsnappen

De computer zocht naar informatie tussen
de reclameboodschappen

De plant zocht naar wat daglicht om naartoe
te kunnen groeien

Ze zochten…en ze vonden allemaal iets anders
om zich mee te behelpen

Photography: © Djhioupy KingsPress 2021

Niemand

Luister, zegt niemand,
de taal is nog niet uitgevonden,
woorden bestaan nog niet

Er is niets dat een naam draagt
roep maar in de woestijn: Niets!
Niemand luistert naar geen naam

Er bestaat letterlijk geen letter
op geen papier, het zegt
allemaal Niets en zelfs dat niet

Het heeft geen enkele zin,
alleen zintuigen zeggen alles
in één verstilde beleving

Niemand leeft dit zintuiglijke
voluit, zonder onderbreking
vloeit dit ongeschreven leven

Inkt

‘n wereld licht op,
maagdelijk witte pagina
voor onze huisdeur

als ‘n zwarte inktvlek
in de nieuwste sneeuw
spat ons huisdier gek

we lopen wit rond
volgen onze inktspat,
eerste winterhond

de vlek waart door
de pagina, kwispelt
kwistig zonder spoor

we gooien typex
naar die wilde vlek
maar onuitwisbaar

Criterium

Je hond piest tegen ‘n boombast
bij maanlicht ‘t glinsterende slijmspoor weg,
een spoor dat naar huis leidt…
De slak is echter, altijd al thuis
zoals een steen overal thuis is.

Stel dat je hond trots zijn zelfgemaakte gedichten zou blaffen,
elke klank zou perfect rijmen in ‘n volkomen natuurlijk metrum.

Of stel, dat de slak ‘n ‘theorie van de traagtekracht’ zou poneren
in het achtergelaten slijmspoor, als bewijs van het langzaamste bestaan.

Of stel desnoods dat een boom het idee opvat om de maan te bezoeken
en daar manisch in slaagt, al moeten alle bossen er voor worden gekapt.

Wat zou je dan zeggen? Zou je zeggen: Nou en…of…en wat dan nog?
Of zeg je, misschien moeten we ons criterium toch eens wat bijstellen.
Het criterium waarmee wij gegarandeerd winnen van welk wezen dan ook.
Wat is ons criterium anders dan een onnozele, gênante zelffelicitatie?

Stel dat ‘n boom op de maan kon landen wat was daarmee dan bewezen?
Dat men daar nooit kan wortelen, maar wel vergeefs kan rondzweven?
Dat de slak thuis is gebleven en dat daar geen hond wenst te leven?

Helaas?

Het komt gewoon omdat die wolk toen de zon verduisterde.
Hoe bedoel je…het was nacht toen het gebeurde, het kwam juist
doordat de omstandigheden precies gunstig genoeg waren
om dit te laten plaats vinden…
Het kon dus niet anders dan zo gaan, gezien de voorgeschiedenis.
Je wilt toch niet zeggen dat het zo was voorbeschikt?
Nee, vooraf bezien komt alles voort uit die onoverzichtelijke berg
van toeval, achteraf gezien moest het noodzakelijk zo lopen.
Ja, toevalstreffers komen ook voort uit de juiste oorzaken.
Hoe weet je of het goed of slecht is dat het zo gelopen is…
Dat weet je niet, je kent het toekomstige verloop nog niet…
Misschien lijkt het nu heel jammer, maar blijkt het straks het beste zo.
Je weet niet hoe het geworden zou zijn met een andere uitkomst.
Wat eerst ‘n buitenkansje lijkt kan later een ramp blijken…en andersom.
Je weet dus niet eens of je het jammer moet vinden of niet, helaas…
Je weet alleen dat het zonder nu ook al goed is…verdomme!
Of zoals mijn vader zei: Scheve gaatjes piesen ook!

Omwegen


In het grensloze uitlaatgebied
wandelt de wens niet aangelijnd rond
in de eigen oorspronkelijke natuur.

Wat weet zich zo identiek met dit dierbare?
Dit zo vreemde & vertrouwende gegeven…
je eigen hond te zijn, zonder baasje.

Wat is dit voor ‘n gezelschapsdier
dat begeesterd alle geursporen volgt,
de mooiste omwegen naar huis?

In het zonder staart geborene
kwispelt er iets vol verheuging
over welke roedelgenoot er wacht.


Schilderij: Michael Sowa

Eeuw van het zweet

Volgens vrolijke futurologen leven we nu
reeds in ‘de Eeuw van het Zweet’.

Het ‘Sauna-tijdperk’ is aangebroken.
Zij beweren ijskoud dat dankzij de opwarming
het energieprobleem is opgelost.
Ze zetten zonnestraling om in verkoeling.

Ventilatoren worden onze Goden,
koelkasten onze Vriesgodinnen.
Ze wonen voortaan in ondergrondse oasen.
Verhitte gemoederen zullen in koelte bedaren.

De maan wordt tot nieuwe zon verheven.
Als schaduw, zo licht, weegt ons leven.