Metaforismen

-Ik ben niet bijgelovig want dat kan ongeluk brengen,

-Vroeger had ik achtervolgingswaan, nu weet ik het zeker.
Monitoring klinkt een stuk aardiger dan paranoia.

-Is uw glas halfvol of halfleeg?
Mijn glas is helemaal vol met leegte, het stroomt alsmaar over.

-Er is een samenzwering gaande die het idee wil verbreiden dat mensen op zichzelf staande individuën zijn, afgescheiden wezens, los zand.
De wrange grap is dat alleen dit denkbeeld zichzelf waarmaakt,
zoals elk geloof een eigen werkelijkheid schept.

-In werkelijkheid is de mensheid meer analoog aan de mierenhoop, de termietengemeenschap en het bijenvolk. Met dit verschil dat mensen
met veel grotere hersenen dan deze miniatuurdieren het voor elkaar
krijgen om hun eigen soort stelselmatig het vernietigen.

(kleine selectie dagboekfragmenten uit de nalatenschap van Rokus van Geenen,
mijn vader die na zijn dood steeds meer voor mij is gaan leven)

Monitorisme

Er zit een gat in de registratie!
Wat? een gat?
Ja, het detectieapparaat heeft niets opgenomen, dat gebeurt nooit.
Nou, niets aan de hand toch, was er zeker even helemaal niets om te registreren?
Ja, dat zou je denken, maar het duurde wel drie minuut en twaalf seconden.
En wat kwam er toen?
Toen werd ik geregistreerd, ik kwam in beeld.
En daarvoor was er niets?
Juist, helemaal niets, en er valt altijd wat te registreren, tot nu toe, toch?
Dan werkt het apparaat niet goed meer?
Ja, of iets zorgde ervoor dat er niets werd geregistreerd,
iets van buitenaf veroorzaakte deze blinde vlek…
Wat hebben we dan gemist?
Nee, dat zou vreselijk zijn, iets van buiten manipuleert ons detectiesysteem.
Dan kunnen ze ons alles wijsmaken!
Rustig blijven nu, we melden dit voorlopig niet, we doen alsof er niets gebeurd is. Inderdaad, we moeten dit eerst zelf uitzoeken.
Zeker weten, voor er onnodig paniek uitbreekt.
Ja, want voor het zelfde geldt dat er niets aan de hand is.
Niets bijzonders in ieder geval.
We schrijven niets op.
Dit gesprek heeft nooit plaatsgevonden.

Is niets registreren eigenlijk niet ook een registratie?
Nee, dat hebben we niet geleerd, het handboek zegt daar niets over.

Rustig maar, ik heb niks gezegd.

Afstandpunt

Wat is het juiste standpunt en afstand?
Zodra je een schilderij anders dan frontaal benadert wordt het beeld vervormd.
Het perspectief klopt niet meer, verhoudingen zwellen en krimpen.
De schilder heeft het werk frontaal geschilderd, hij is almachtig in zijn ideaalbeeld. Absoluut juist.
Daarom is het spannend om schilderijen vanuit een ander hoek te benaderen,
Het schilderij waant zich onbekeken. Er valt in elk geval nog meer te zien, bij elke beweging vervormt het platte beeld verder, het vervloeit stapsgewijs.
Frontaal lijkt het beeld zelfbewust, zelfverzekerd, vanaf de zijkant bekeken naïef.

Bij ruimtelijke beelden is dit nog veel meer het geval, soms wordt het onherkenbaar.
Een standbeeld maakt niet duidelijk wat voor de kunstenaar het juiste standpunt is. Het is veel minder dwingend dan en schilderij.
Ik hou erg van een achterkant, vooral van een bewust verwaarloosde achterkant, dan blijkt een figuratief beeld plots ook abstract.
Mijn moeder zei vaak; ‘aan de achterkant wonen geen mensen’, die opmerking
opende mijn ogen voor de achterkant van het bestaan, het was alsof ik er een hele wereld bij kreeg.
Alleen het standpunt onder of boven het beeld is taboe.
Stel je een brochure voor van sculpturen van bovenaf gefotografeerd, amorfe inktvlekken.

Bij muziek is stilte een goed standpunt, maar er zijn vele stiltes. Vraag maar eens aan musici,
zij kennen talloze soorten stiltes zoals eskimo’s soorten sneeuw onderscheiden, zoveel als er noten zijn.
Stiltes zijn de sneeuw in de muziek, de notenstroom raakt bevroren.
Sommige stukken eindigen als een sneeuwbal in je gezicht.

Snel heden

Snel heden

Onmiddellijkheid is sneller dan snelheid.
Weten wat er gebeuren gaat is weer sneller dan onmiddellijkheid.

Synchroniciteit is een onmiddellijk contact tussen dingen, dieren en mensen. Een direct contact vrij van afstand, vrij van grenzen, sneller dan het licht.

Is het niet grappig dat in totale stilstand zijn sneller is dan het licht? Gelijktijdigheid is niet meetbaar, er valt geen interval te meten.

Om ontvangst te krijgen moet je kamer natuurlijk wel leeg zijn,
hoe kun je gasten ontvangen als je huis overbevolkt is?

Obsessief denken is het vermogen om alle ontvangst kanalen
te verstoren, een effectieve stoorzender.

Bekoring


Je werd geboren als een bekoorlijk wezen.
Op de wereld gezet om heen en weer geslagen te worden,
zo hard mogelijk op je kale kop.

Je bestemming was om de grond te raken,
in het ene vak of het andere, buiten de vakken telde je niet mee.
Je enige kans was dat je je kop verloor, dan lieten ze je liggen.
Zonder kop vonden ze je waardeloos, je had geen richting meer,
geen kop om op te slaan.
Nog even zochten ze naar je kop in het veld, maar dan gaven ze je op.
Nu had je alleen nog maar een rokje, een rokje van kant.
Goed, je was dan wel van echt plastic,
maar je had nog een heel hoofdloos leven voor je.
Op de meest vergeten plekken zou je voortaan vertoeven,
denkend aan je schepper, Lord Badminton.

Schoorsteen

Sebald Heimer kon, maar deed niet.
Er waren genoeg redenen om iets wel te doen of niet te doen.
Helaas waren deze redenen altijd precies in balans met elkaar zodat er geen enkele reden voor of tegen over bleef.

Pas nadat zijn huis was afgebrand.
(een schoorsteenbrand door een kraaiennest)
ontdekte Sebald dat alle redenen tegen elkaar wegvielen en besloot voortaan geen aandacht meer te schenken aan verlammende beweegredenen.
Hij ging meer voelen dan denken.
Meer en meer werd hij bewogen door de tienduizend dingen.
Sebald ging bewegen, meebewegen, tegenbewegen.

Hij merkte op dat hij vanzelf dingen ging doen, gedachtenloos.
Het leek er zelfs op alsof de dingen zichzelf deden, hij stond erbij en hij keek ernaar.
De mensen uit zijn omgeving herkenden hem niet terug en keken vreemd aan tegen de dingen die hij opeens deed en vooral de manier waarop hij ze deed.
Sebald kenden ze als een redelijke man, maar de manier waarop hij handelde was in hun
ogen volkomen onlogisch en onpraktisch.
Op de vraag waarom had Sebald geen antwoord, hij kon slechts opmerken dat het gebeurde onder zijn handen hetgeen hem zelf ook verwonderde.
Een kraaiennest had zijn leven gered.

Zombionisch

De aard van een echt geheim is dat het niet verklapt kan worden.
Niemand kan dat geheim bewaren, laat staan verklappen.

Een verklapt geheim is geen echt geheim geweest
Het leek er alleen maar op, om je te manipuleren.

Het is de belangrijkste taak van onderwijs om echte geheimen over te dragen.
Niet om ze op te lossen, maar om ze te koesteren als bron van waarde.

Echte geheimen hebben een functie, het onbekende als factor is broodnodig.
Het dient als referentie voor alles wat wij weten of denken te weten, een ijkpunt.
Stel dat je alles zou weten, dat er geen geheimen meer zijn.
Alles zou verklaard zijn, voorspelbaar, maakbaar, gedetermineerd.
Dan zou alles een keuze zijn en men zou eenzijdig voor het aangename,
het ‘mooie’, ‘goede’ kiezen.

Ongedompeld zijn in het louter aangename zou wel eens een zeer onaangename
en doodse ervaring kunnen zijn.
Levend begraven in luxe, geen verschil, geen diepte.
Er lijkt een diep verlangen te zijn naar het perfecte zombieschap.

God schiep de mens naar zijn evenbeeld, de mens schiep vele godsbeelden.
Nu mag de deterministische wetenschapper scheppen naar zijn evenbeeld,
de zombionische mens is in de maak.

Benulspul

Wij zijn allemaal van hetzelfde spul.
Hoezeer we uiterlijk ook verschillen
zijn we wezenlijk één pot nat.
Ook al weten we niet wat dat natte spul precies is,
het duidt erop dat het met weten te maken heeft.
Wellicht op dezelfde wijze als het feit dat water nat is.
Kortom: Het spul heeft benul.

Zomaarzijnde

Waarom schrijven als niemand het zou lezen?
Je schrijft omdat het niet moet, voor niemand,
je schrijft datgene waar niemand op zitten wachten.

(wat men niet wil lezen, dat wil je niet weten)

Schrijven heeft geen nut, geen zin, geen doel.
Niet in de zin van nutteloos, zinloos of doelloos,
maar in de zin van vrij van nut, vrij van zin, vrij van doel.

Schrijven moet niet, wat niet moet is een roeping.
Het onnodige, overbodige roept om beschreven te worden.
Het opmerkzame geeft daar gehoor aan en woorden.

Stel je voor dat je zou schrijven wat ‘men’ wil lezen.
Je zou de bekende weg plat treden,
de groef van de mechanische gewoonte nog dieper maken.

Dit openbaar geheim viert het zomaar zijnde dat zich
overal in openbaart, nergens is het niet.
Wat er allemaal niet is, dat wil je niet weten.

Zwemlicht


Haar melkgeschenk duurt al eeuwen.
De bron blijkt onuitputtelijk.
Een melkstroom vult de kamer.
Zij die ons dit schenkt blijft onbewogen getuige,
(zonder ook maar even te geeuwen)
getuige van deze maagdelijk witte stroom melklicht.
Wij zijn het wakkere in iedere droom.

We zwemmen in dit licht, het is nergens niet.