Philosophia Calabrese


In de boekhandel stond ik met onze nogal oogstrelende Calabrese bastaard
bij de afdeling Filosofie. Samen waren we in de boeken aan het neuzen.
Achter mij hoorde ik een stem:
‘Zo, dat is ‘n echte filosofische hond…!’
Een oudere man met grijs baardje en pet keek verliefd naar onze straathond.
‘Zeker, ze heeft een goede neus voor filosofie’,beaamde ik.
Hij aaide haar.
‘Soms denk ik dat dieren filosofie beter begrijpen dan mensen’
De man boog zich vertrouwelijk naar mij toe:
‘Dat denk ik ook… en ze brengen het in ieder geval beter in de praktijk dan de mens…’
‘Daar kan ik het mee eens zijn’
‘Filosofie begint in de praktijk’
We lachten samen om deze filosofie.

Later op weg naar huis vond ik het ‘n betekenisvolle constatering.
Natuurlijk gaat de ‘dierlijke’ praktische natuurfilosofie vooraf aan de taal.
De levende, handelende filosofie van dieren en menselijke dieren was er natuurlijk als eerste.
Filosofie die niet wordt geleefd heeft geen betekenis, dan blijft het bij dode woorden.
Levende, handelende filosofie kan heel goed zonder taal.
Primatenonderzoek heeft aangetoond dat zij, onze nabij voorouders, ongeschreven morele en ethische principes hanteren en empathisch kunnen handelen.
Een onbedoeld college van de Calabrese.

Ontologica


Een neus ruikt zichzelf
als geurloos

zoals ‘n tong zichzelf proeft

smaakloos flauw benul

ook ‘t oor beluistert in zichzelf
dit alom benullige zijn

dat voelt

omvat door huid
onaangeraakt van binnenuit

zet ‘t geestesoog maar eens uit

met een leeg testbeeld
lijkt het toestel wel dood

echter

bij geen ontvangst geeft
het evidente
zich bloter dan bloot

Droomwol


Om goed wakker te worden,

leerde mijn oude grijze
en wijsgenoege grootmoeder…

moest je gaan dromen
van een slapende kudde…
waarvan je elk schaapje
één voor één wakker maakte
door ze kaal te scheren

steeds na het scheren
telde je ze…
en zo viel je telkens weer
in die diepe put van slaap…

er stonden inmiddels
‘n onbekend aantal
koukleumende schapen
op de dijk
van je wollige droom
wakker te wezen
in klaaglijk geblaat

daar had je je leven lang
plezier van…
van zo’n grootmoeder
die daar kriebelende truien
van breidde

Naam & Toenaam


Wij vieren hier
het onkenbare bestaan
der nimmer ontdekte dieren

de verdwijnkunstenaars
meesters in camouflage
die g.z.d opgemerkt bleven

als naamlozen voortleven
gerubriceerd als
ondetermineerbaar…..

We vieren hier de dieren
die niemand ooit zou missen
hun gewonde lijken zijn

onopzettelijk, nooit opgezet
om in steriele vitrines
van dodenmusea te pronken

ter ronkende eer en glorie
van die legendarische
jagers annex verzamelaars

die alles duurzaam
de dood in joegen
met naam en toenaam

Witwas

Het voorrecht van het zwarte schaap is
dat het zwarte schaap alleen durft te staan
tegenover het wolvendom.

Daarmee definieert ze de witte kudde
die zich laat hoeden door angst.

Onderschat gerust de onzichtbare kudde
zwarte schapen die zich onder ons bevindt,
als ‘aliens’ bespioneren ze het kuddegedrag.

Het zwarte schaap hoedt van binnenuit.

Men herkent ze niet aan hun buitenkant,
ze hebben zich witgewassen.

Denk maar dat ze er niet bij horen,
ze zijn de cohesie van de kudde,
ze roepen angst op, juist vanwege
het witgewassen zijn

is iedereen verdacht

Gasgeestig



Onderzoek naar kleinste deeltjes
loopt vast in de vaststelling dat
er geen vaste kleinste deeltjes zijn,
materie blijkt onvast…dynamisch.

Elke metafoor of analogie valt uit één
in een fijner dan gasachtig bestaan
waarin geest zich als ‘t geestige bekijkt,
zo gezien is kijken, bekeken zijn…

Dit wonderzoek is binnengewoon raar
het zegt, gij geestige bekijk het maar…!