Ontgelden

Als kind vond je het al vreemd, je kwam iets brengen en daar moest je voor betalen, bijbetalen. Bij een openbaar toilet of bij de dokter of kapper. Je bracht een boodschap, je bloedeigen bloed, je mooie blonde jongenshaar. Later werd het nog vreemder, meer betalen voor minder. Voor een brood waar geen conserveringsmiddel, smaakmaker en kleurstof in zat betaalde je het driedubbele. Elk puur gekweekt voedsel waar geen insecticide en kunstmest voor werd gebruikt was veel duurder. Betalen voor de niet vervuiling. Toen eten design werd vergastte de ‘haute cuisine’ je op de befaamde uitgemergelde erwt naast het doodgestoofde peentje in botersaus op dat enorme desolate designbord, een 4-gangen oorlogsrantsoen tegen riante betaling. Je gaf een vermogen uit aan je binnenhuisarchitect en bleef daarna achter in een uitgeklede woning, ‘minder is meer’ ,dat moest je toch echt van hem aannemen…. voor zijn gepeperde rekening moest je een lening afsluiten. Wilde je een bodywarmer kopen, schrok je van de prijs voor die jas zonder mouwen, je knipte zelf die mouwen wel af.
Voor specialisten die heel veel weten over heel weinig betaal je de hoogste prijs… ‘inside information’ die niemand kan verifiëren en weten ze het niet dan betaal je ook, no cure full pay. Het duurst zijn de experts die alles weten over niets, de deurwaarders, echt onbetaalbaar. Van hen leerde je: minst is het meest. Failliet gaan is bevrijding van de geest. Niet dat de geest bevrijd wordt, nee de geest is er gewoon geweest, het rekenen gaat gewoon niet meer. Plots is alles gratis, salaris, schulden, geluk, pech…

In en als

Wie het huidige dominante materialistische wereldbeeld beziet kan moeilijk aan de indruk ontkomen dat er een collectieve psychose aan de gang is. Het denkbeeld dat alles stof is heeft zich als een virus gedragen en heeft zich genesteld in de meeste bovenkamers. Het virus is de perceptie gaan beheersen. Het gelegde ei is een keiharde overtuiging die de met een verbetenheid verdedigd wordt alsof het om de hoogst verheven godheid gaat.
Kenmerken van een collectieve waan. Een meerderheid vormt de norm, waarvan het grootste deel zwijgend is. Dat zwijgen vaak een vorm van lijdzaam verzet is dringt niet door. Voor wie aan de psychose lijdt is waan de werkelijkheid. In de bijna honderd jaar die verstreken is sinds de ontdekking van de quantumwereld slaagde de wetenschap er niet in de theorie aan te passen aan de praktijk. De quantumwerkelijkheid laat zich niet vastleggen in mechanistische wetten. Dat perceptie werelden schept kan er bij objectieve wetenschappers niet in.
De transcendente visie is voor het gemak blijvend doodverklaard.
Woody Allen vatte de nieuwe objectieve visie en de gevolgen  ervan voor het gevoelsleven kernachtig samen: “God is dood, Nietszche is dood en ik voel me ook niet zo lekker”

De levende essentie die uit de quantumwereld naar voren komt vertelt ons wezenlijk iets heel anders:
Transcendentie? Dat is dit, hier en nu. Wij leven in en als het wonderbaarlijke.
Wij bestaan in en als het mysterie. Elke schijnbare stof is van geestig heden.
Wie genezen is van het materialistische virus kan weinig meer gebeuren dan op te lossen in en als deze levende essentie.

Schraal

Ik drink niet veel, maar wel vaak, verklaart onze beschonken buurman, nadat hij me voor de derde keer heeft gevraagd of hij mijn fiets mag hebben die bij ons in de tuin staat te staan. Zijn geheugen is weg, gezonken. Die fiets staat er toch maar te staan, probeert hij nog eens.
Even overweeg ik een opsomming te geven van al die dingen op de wereld die er toch alleen maar staan te staan of liggen te leggen… Maar mijn tong geeft het op. Zijn overleden vader stond te vaak te schuren in de tuin omdat hij geen schuur had. Daarom moet ik nu op m’n woorden letten, we hadden hem heimelijk ‘Schuringa’ gedoopt. ‘Schuringa is weer bezig!’
Die naam mag niet op zijn dronken zoon overgaan, die er niets aan kan doen dat zijn vader schuurverslaafd was. Geen idee hoe de familie echt heet. De dorstige zoon heeft een overgevoelige dronk over zich. Laatst beweerde hij dat ik hem ‘U’ had genoemd, en dat ik dat niet meer moest doen, ontkennen had geen zin. Nu kijkt hij met tollende ogen neer op mijn aankoop van alcoholvrij bier. Of ik geen echt bier lust? Ik verzin dat ik een alcoholallergie heb om, ervan af te zijn. Hij toont oprecht verbaasd interesse in mijn aandoening. Ik word gered door de oorverdovende ruis van de gemeentelijke bladerveegkar die de straat indendert. We gaan naar huis. We stonden daar toch maar te staan. De kar laat een schraal borstelspoor na op het plaveisel. Schuringa.

Wintersage

Het dorpje Aarde lag ergens in een dal in het met sterren bezaaide heelal.
In de warmste winter ooit was het dorp ingesneeuwd geraakt…zonder sneeuw.
Geen enkele neerslag van betekenis was er gevallen. Toch waren de wegen onbegaanbaar, de deuren van de huizen werden geblokkeerd. Maar door wat kon niemand verklaren. De daken kreunden onder een onzichtbaar gewicht dat ook op de schouders van de bewoners leek te drukken. Het niet weten drukte zwaar. Met moeite wisten ze bij elkaar te komen in het huis van de dorpsoudste, die moest met zijn levenservaring toch iets kunnen zeggen over dit onzichtbare dat zo’n macht uitoefende. De oudste schraapte zijn keel, hoestte een paar keer hemeltergend en begon te vertellen over het kleinste, het meest futiele dat vroeger ‘het minste geringste’ werd genoemd. De voorouders hadden nog eer betoond aan het minste geringste, maar nu werd het bestaan ervan totaal miskend. Hoe meer iets werd miskend hoe meer het zich opdrong, dat was een simpele natuurwet. Ademloos hoorden de dorpsgenoten de gebroken stem uit het verre verleden aan. Uiteindelijk, zei hij vermoeid, heeft het minste geringste zoveel gewicht…meer dan onze hele dorp bij elkaar, omdat het minste geringste massief samenvalt met zichzelf als één fenomeen. Maar niemand heeft het ooit gezien, protesteerde iemand. Dat klopt, zei de oudste, net als de zwaartekracht, de ruimte en de stilte. Maar dankzij de zwaartekracht zweven wij, dankzij de ruimte bewegen wij en dankzij stilte kunnen wij het minste geringste bezingen.

Exegese

{CAPTION}

Why rot to read Poe?

Do operate worthy.

O Wordprey, hot tea!

Whoopee, try dot-art!

Why poet art? Rodeo!

Hot deo, arty power!

why order potatoe?

The war-toy pro-deo.

Death, toy or power?

[vrij naar James Joyce]
(Illustratie: Glenn Baxter)

Extra dry

Sinds de uitvinding van droog water in 2040 is de badhanddoek in onbruik geraakt. Zo gaat het wanneer men zich niet meer nat hoeft te wassen, maar met poeder doucht. Een vooruitgang in de hygiëne. De gehele badstofindustrie is door deze innovatie weggevaagd. Ook vochtig drinken is overbodig geworden nu er droogwatertabletten zijn waar men eventuele dorst mee kan wegzuigen. Zo kunnen tijdrovende en lastige levensbehoeften verdwijnen dankzij revolutionaire verbeteringen. Geef toe, het was toch een omslachtig gedoe en geklieder met dat water? Er zijn nu goede vooruitzichten dat we ons binnenkort ook kunnen bevrijden van de monopoliepositie van het zuurstof. Proeven met het inademen van stilte zijn veelbelovend gebleken. Het vergt alleen een zeer hoge concentratie, hetgeen lastig te produceren is. De stilte moet namelijk om te snijden zijn.
Wil technologie ons niet verlossen van al wat menselijk maakt?
De terreur van de eerste levensbehoeften?

Motto

Goed dat dat nu maar eens gezegd werd.
‘Hamsteren, zo ongelooflijk niet sociaal!’
Supermarkten leegkopen zodat de arme mensen
die voor ons allemaal aan het werk zijn
vanavond voor lege schappen staan.

Zou dat ook niet gelden voor het excessief hamsteren
van geld. Zo ongelooflijk niet sociaal.
De samenleving leegplunderen zodat de arme mensen
die dagelijks voor ons allemaal aan het werk zijn
elke dag zonder geld voor overvolle schappen staan.

Deze olifant in de bovenkamer van de geboren leider
staat zijn selectieve verontwaardiging niet in de weg.
Aan de muur van zijn bovenkamer hangt zijn motto ingelijst:

Zullen we een bank beroven?
Welnee, je kunt beter een bank oprichten.

Calcula

{CAPTION}

Er waart een calcula-virus rond dat zich middels het algoritme verspreidt. Het maakt zich getalsmatig meester van mensen en kan de dragers ervan onberekenbaar ziek maken. De hele dag rekenen ze zich rijk, doen kansberekeningen bij iedere keuze die ze moeten maken om hun geluksfactor te vermenigvuldigen. Het alarmerende is dat de besmette groep het niet als een ziekte ziet, integendeel…ze sturen het digitale virus naar al hun vrienden. Dieren zijn er immuun voor, zij zijn gelukkig zonder cijfers.

(Illustratie: Martin Jarrie)

IJsberen

IJsberen worden herkend aan hun littekens. Voor een bioloog die ijsberen telt is de specifieke verwonding die de vacht anders doet groeien een merkteken van identiteit.
De ijsbeer zelf heeft geen identiteit, geen behoefte aan volkstelling of statistisch bewijs van zijn bestaan. Psychiaters herkennen mensdieren aan hun onderhuidse emotionele verwondingen. Die wonden kunnen heel specifiek zijn en daardoor heel persoonlijk lijken. Op afstand gezien blijken de zo persoonlijke littekens eigenlijk heel universeel te zijn. Ze lijken vooral zo uniek omdat ze goed verborgen worden gehouden. Schaamte genereert uniciteit. Identiteit is gebaseerd op uniciteit. Wie het universele als wezen erkent levert zijn beperkte identiteit in. Zien we hier het taboe op zelfkennis? Zelfkennis leidt immers altijd tot verlies van het bekende in ruil voor het nog onbekende.
Stel; een ijsbeer levert zijn veilige dierenverblijf in Artis in voor de arctische oceaan die hij nog nooit heeft gezien. Denkt hij met nostalgie terug aan de tijd dat hij achter de tralies eindeloos kon ijsberen?