Nevenverschijnsel

‘Zeg vriend, wat heb jij nog op je emmerlijst staan?’
‘Waar heb je het nu weer over, en wil je mij nooit meer ‘vriend’ noemen, dat woord is nogal aan corrosie onderhevig sinds die sociale media?’
‘Goed dan neef, je bucketlist…die modieuze trend om vlak voor je dood nog even snel wat essentiële ervaringen op te doen’
‘Nooit van gehoord, je kijkt teveel Hollywoodtrash of lees je de leesmap bij je kapper?’
‘Wat zou jij dan doen als je nog maar een maand te leven had?’
‘Hetzelfde als nu…ik ga er trouwens nooit van uit dat ik er morgen nog ben!’
‘Tjonge, wat ben je toch een hypochonder, man!’
‘Ik ben alleen maar bewust van dit zeldzame heden, ik weet oprecht niet of er morgen nog iets is om bewust van te zijn’ ‘Zo kun je toch niet leven, met die permanente angst’
‘Wie heeft het over angst, onzekerheid is de basis van dit langgerekte moment, het enige waarop je kunt vertrouwen?’
‘Ben je dan niet bang dat je iets mist?’
‘Nee hoor, als je aandachtig bij de aandacht blijft valt er niets te missen, focus je op geen één ding!’
‘Waarom geen één ding?’
‘Omdat aandacht geen ding is!’
‘Wat ben je toch een vage zweefneef!’
‘Niks vaags aan, aandacht is het meest primair aanwezige in welke ervaring dan ook!’
‘En wat koop ik daar dan voor?’
‘Het onbetaalbare natuurlijk, wat koop je ervoor, wat een geëmmer, je hebt alles al, als ik jou was zou ik aandacht maar eens bovenaan je ‘bucketlist’ zetten!’
‘Het is duidelijk dat jij nooit naar de kapper gaat, geen kennis van de leesmap!’
‘Mijn vrouw knipt mij altijd’
‘Is wel te zien, neef’

Koffieautomatiek

Op de hoek van ‘ons’ pand ( kraakwachtcontract) staat de gehalveerde zeecontainer van Rita, zij beheert ‘de Koffieautomatiek’. Ze schenkt koffie en vooral aandacht.
Door haar belezenheid weet ze overal over mee te praten en vaak cruciale verhalen op te dissen. Nu hadden we het even over de vermissing en over ons contract dat misschien niet verlengd zou worden. Haar eigen bestaanszekerheid bestaat eruit dat ze per uur wordt betaald, dat kan haar niet boeien zolang ze maar veel kan lezen tussendoor.
‘De mooiste vermissing ooit!’ begint Rita, ‘gebeurde op IJsland….en waargebeurd’
‘Vertel, misschien heeft Openbaar Geheim er iets aan!’

‘Een touringbus met twintig reizigers gaat naar een afgelegen geiser, de bus stopt ergens…het laatste stuk moeten ze te voet. Bij de geiser aangekomen wordt er opeens een reiziger vermist. Een zoektocht wordt opgezet, alle reizigers verspreiden zich en zoeken mee. Politie wordt
ingeschakeld…legerhelicopters stijgen bijna op. In de bus treft men een vrouw aan, ze is niet meegegaan naar de geiser.
Ze haalt zich opgefrist en omgekleed. De man die eerder de bus had doorzocht had haar niet herkend als de vermiste. Hij had haar zelfs het signalement gegeven, maar zij had zichzelf daar niet in herkend. De kosten van de zoekactie dreigde te worden verhaald op de vrouw, maar de rechter beoordeelde haar als zijnde; onschuldig’

‘Waar heb je dat gelezen, Rita?’
‘Nou ik heb het nog niet gelezen, maar ik ga het wel doen, ik heb het van horen zeggen van een man, gisteren…die had het gelezen in ‘Zeldzame Aarden’ van Sandro Veronesi… Kijk ik heb het opgeschreven, neem maar mee, ik onthou het wel.’
‘Een prachtig verhaal…eigenlijk een parabel vindt je niet!’
‘Ja, het blijft hangen, en het is zo gebeurd, in de roman heeft Veronesi het IJslandse persbericht letterlijk geciteerd’
‘Het maakt nieuwsgierig naar de context waarin het verteld wordt!’
‘Zeker, de man vertelde dat die ervaring het leven van die vrouw een beslissende wending had gegeven, ze had zichzelf altijd over het hoofd gezien!’

‘Het leven als een excursie naar jezelf…’
‘En je ontdekt het pas als je niet mee gaat naar buiten!’
‘Dank je Rita voor de heerlijke koffie en de leestip, nu al onvergetelijk!’
‘Zoiets zou er met Bor ook aan de hand kunnen zijn’
‘Natuurlijk, de Bor is onder ons’
‘Succes met het contract verlengen!’
‘Morgen hoor je het!’

Resident

Hoofdredactioneel commentaar:

Bor mag dan vermist zijn, maar we missen hem, om eerlijk te zijn totaal niet, want de geest van Bor waart hier overal rond op de redactie. Bijdragen in de geest van Bor stromen dagelijks binnen.
Wie afstemt op de oorspronkelijke geest en in staat is om in die geest te leven, kan spontaan de geest krijgen en wat dan ook creëren. Zoals Bor regelmatig zei;
‘Het geheim van moeiteloosheid ligt in het doen van wat niet de bedoeling is’.
De Staat van zijn, is in staat om totaal niet te weten. Een Socratische staat, beter dan welke staatsvorm dan ook, evenwel zelf zonder vorm. De geest van Bor troont ons mee naar een staat van niet-weten.
Het lijkt een staat van verwarring voor wie niet kan loslaten…of een staat van openbare dronkenschap…dronken van de duizelingwekkende zeeën van mogelijk heden, onbeschrijfelijk.
Wie aankomt in de Staat van niet-weten is tegelijkertijd in alle staten. Wie in staat is om in niet-weten te resideren is resident van een verenigd staat. Een resident staat open in deze open staat.
Deze staat is statenloos, immers wanneer alle staten verenigd zijn vervalt het hele begrip staat, omdat er niets tegenover staat.
Deze staat is ‘het meer dan de som der delen’.
Wie ertoe in staat is zwemt vrijelijk in dat meer.

Blijf sturen lezers!
‘De lezer is een schrijver die schrijft wat zich wil laten lezen’, namens de redactie van Openbaar Geheim.

Houtlijmvirtuoos

Mario Maurano leerde ik kennen als kleine Colombiaan verdwaald in Antwerpen als virtuoos op de contrabas. In Mexicostad speelde hij in een Mariachiband op straat, op een gitarron, die enorme buikgitaar.Hij leende dat instrument bij een
gitaarbouwer, daar zag hij op een dag in een hoek van de werkplaats een hoop brokstukken van een instrument liggen.
Het zou ooit een contrabas zijn geweest…?!
Een antiek Frans instrument, verpulverd bij een autoongeluk, de bassist op slag dood. Het intrigeerde Mario en hij vroeg wat het plan ermee was. De bouwer zei uitdagend dat hij hem mocht hebben als hij hem in elkaar wist te zetten.
Er waren zestig fragmenten met vreemde breukvlakken. Een ware puzzel, welk stukje moest waar passen? Na drie maanden lijmen met klemmen en touwen kreeg Mario het voor elkaar. Wonderwel was de bas compleet. Nu zou hij hem voorzichtig schuren om hem van de oude laklagen te ontdoen. De breuklijnen werden steeds vager. Nadat hij drie nieuwe laklagen aanbracht blonk het instrument koninklijk.
Het had een mooie aparte hals en een soort leeuwenkopje in plaats van de standaard krul.
Nu rees de grootste vraag: zou het klinken met al die breuken. Mario verwachtte niets, maar kreeg alles. Hij had werkelijk een wonder verricht, de kast zong prachtig, als een hele warme cello. Mario werd verliefd en studeerde dag en nacht om de techniek machtig te worden. Maar hij ging verder en speelde vioolbewerkingen op de Boismortier, hondsmoeilijke grepen, razendsnelle loopjes maakte Mario met zijn worstvingertjes. Mario en de Boismortier werden mijn helden.
Een dokter die een dode tot leven wekt en ook nog laat zingen als een sonoor neuriënde hommel. Het wekte ontroering om de twee geliefden aan het spelen te zien.
Mijn taak was het om de pianopartij als een bedje onder hun liefdesspel uit te spreiden. Na het concert droop Mario van het zweet.
Mario had Mexico verlaten nadat zijn geliefde, een mooie pianiste hem had verlaten, zo dwaalde hij af naar Europa. Hij klamde zich vast aan zijn Boismortier, nooit liet hij haar alleen, zijn steunende toeverlaat. Wellicht was zij de lijm die Mario bij elkaar hield en op de been.

Dit verhaal ontstond geheel in de geest van Bor. Is het waar gebeurd? Bor zou zeggen: ‘Het is hier gebeurd, zoals alles!’ ‘Laat het maar gebeuren…hier’

Inuktitut

Talen sterven uit. Het onderzoek naar zieltogende talen sterft eveneens uit aan onze universiteiten. De vakgroep Inuït-talen ligt al jaren onder de permafrost. Hun literaire erfgoed wordt het best geconserveerd door vertalingen door het Inuktitut-instituut in Tintelaaq, Oost-Groenland.
Vertaling van het Inuitgedicht: ‘Zwarte dromen’ opgetekend uit de mond
van Inuit-dichter Agloolik, hertaald door sociaalgeograaf Wilco Beslaar, Sisimut, 2003

Zwarte dromen in witte nachten.
Kou is hier alom, onze zon.

Een ijskoude maan voedt onze witte wereld met haar kille stralen.
Zonder haar zou onze wereld wegsmelten tot vloed.

Smelten is sterven, zo nat is de dood.

O maan, laat ons rillen van leven
in deze witte nachten.

Een druppel dooi rolt uit m’n oog dat droomt
van mijn koude godin, Anarkusaga.

Nooit lente is eeuwig wit bestaan.

Casanova incasso (Coen Cederik, correspondent in Milaan)

De dikke lelijke man observeerde zijn cliënten eerst vanuit zijn bedrijfsauto met de opdruk ‘Incasso Nova’.Was het een vrouw die hem aantrok dan belde hij aan om weloverwogen zijn oneerbare voorstellen te doen, een kleine dienstverlening en hij zou uitstel van betaling aantekenen. Hij vond dat hij goed werk deed om zijn klant even wat financiële lucht te geven. Zijn methode zoals hij het eufemistisch noemde vond veel aftrek.
Maar hij had ook menige klap moeten ontwijken, rondvliegende huisraad en flarden spuug. In dergelijke gevallen moest hij tot zijn spijt tot inbeslagname overgaan, soms werd het hele huis ontruimd. Aangifte doen had weinig zin, zijn oneerbare voorstellen waren onbewijsbaar bij de politie. De verdachte kon even goed beweren zelf te zijn verleid.
Toch zwom hij in zijn eigen fuik. In vergelijking met zijn collega’s was zijn opbrengst
zo significant laag dat zijn eigen buro hem ging schaduwen.
Na confrontatie bekende de lelijke man zijn methodiek, jankend als een maanzieke wolf. De baas dreigde hem juridisch te zullen vervolgen om smartengeld op hem te verhalen. Door zijn ‘avontuurtjes’ moesten ze hun gerenommeerde bedrijfsnaam veranderen. Hoe meer hij jankte hoe meer de baas serieus overwoog om hem inderdaad totaal uit te kleden. Het was de lijflucht vermengd met sigarenrook die de baas ervan weerhield.
Plotseling had de dikke man het hele buro omgekieperd zodat de baas met zijn keel onder de rand van het buroblad lag. De secretaresse had het kabaal in de directiekamer gehoord en wist met haar kunstnagels haar baas te ontzetten. Zo was dit voorval in de krant gekomen. De dikke man is nog altijd voortvluchtig, zijn huis is inmiddels ontruimd. Uit naspeuringen bleek dat hij een uitstekend tafeltennisser was. De nieuwe bedrijfsnaam van het incassoburo is nog onbekend. Ook een overweging kan soms levensbedreigend worden, zo blijkt. Reflectie is niet altijd raadzaam.

[Coen Cederik is werkzaam in Milaan als belastingconsulent en stuurt ons de meest bevreemdende ‘Italiaanse toestanden’ door die hem aldaar verblijvend ter ore komen. Dit verhaal verscheen eerder in het gelijknamige boek: ‘Italiaanse toestanden’

Piano ping ping in Beijing

Slecht geslapen vanwege de klamme hitte, inmiddels is het in de middag, uren later.
Ik zit rustig in mijn werkkamer in de fabriek, met een kopje oplospleur en een gelukskoekje.
Deze pianofabriek is gigantisch groot, met duizenden werknemers. Mijn kamer is op de 7e verdieping. Daar zijn de kantoren en de administratie.
Vlak achter mijn vertrek bevindt zich een grote werkruimte, waar ik bezig ben oplossingen te vinden om vleugelproblemen op te lossen. De problemen zijn enorm omdat Chinezen zo anders zijn. Ze zijn uitsluitend gericht op zelfbehoud, geld (ping-ping)en vooral short term profit.
Degelijkheid en kwaliteit komen niet in hun manier van denken voor en dus is mijn strijd voor hoogste standaarden hier op voorhand gedoemd tot prutswerk.
Verder reis ik erg veel door heel China. Ik word nu veel ingezet als promotioneel concertkanon omdat ik weet wat ik doe en altijd scoor, eenoog is koning, éénoor keizer. Hier kweek ik veel goodwill mee en kan ik mij in een sterkere positie manouvreren.
Ik ben inmiddels beland in een hotelkamer ergens in Beijing, want morgen moet ik in de ‘Beijing branch’ een training geven aan fabriekspersoneel. Ze snappen absoluut niets van afregelen en intonatie, vandaar. Donderdag ga ik weer terug naar Mei-Ling en Roby in Zhuhai.
Mijn zoon Roby is een heerlijk knuffeltje en verandert nu razendsnel
Hij is nu ruim 9 maanden en begint te kruipen en op te staan. Een koddig gezicht (;
Z’n eerste tandjes heeft ‘ie ook al en hij begint tevens te brabbelen (; Mei-Ling is dag en nacht met ‘m bezig en ze is een fantastische moeder.
Ja, en dan blijft het maar heet en vochtig elke dag en elke nacht. Pas eind oktober koelt het in het zuiden af en begint de korte chinese herfst.
Liefs van Oor.
[onze correspondent in China, A. Ooreveld]