Losse sculptuur

Dit beeld lijkt de bedoeling, het vormt een eenheid uit losse delen.
Met dezelfde delen kunnen andere beelden worden samengesteld. Vormvastheid is een momentopname, vorm is een fluïdum als het leeft…
Zo werkt taal met lettergreepdelen die samen steeds andere betekenissen vormen. Ook muziek werkt zo, de spanning of ontspanning tussen de opeenvolgende tonen maakt de muziek, door herhaling lijkt wat lukraak ontstond een vooropgestelde bedoeling te zijn.
Zintuigen werken op dezelfde wijze, van losse indrukken lijmt het bewuste één belevingswereld aan elkaar die substantie lijkt te hebben en permanent lijkt te zijn, herhaling versterkt die illusie.
De verbanden en verbindingen tussen losse indrukken worden ieder moment weer herschapen. Zo ontstaan tijdelijke belevingswerelden en zelfbeelden.
We hebben belevingswerelden en we hebben zelfbeelden, maar wat zijn we? Het altijdelijke?

Herfstmanifest

Is dit het manifest van het schuchtere,
mobilisatie van de verlegenen?

Roept dit pamflet op om heen te gaan en verwondering te zaaien?
Ik weet het niet, ik weet zelfs niet zeker of ik hieraan twijfel.

Dit is geen aanklacht, maar propageert een behoedzaam naderen,
een weifelend verkennen of wellicht een omzichtig beamen?

Marcheren onze schaduwen een lange mars richting zon
om timide op te lossen in haar licht, naïef en lucide?

Welnee, wij vragen onze volgelingen slechts vallend te dwarrelen,
liefst zonder een zuchtje wind, ze slagen erin zonder uitzondering.

De bosgrondzon viert de gevallenen in haar nieuwste licht,
en wij vallen mee, wij vallen overal hier, op onze plek.

Surrogaatdader

Ik herkende Victor S. niet meteen bij zijn vrijlating, hij droeg een vaalrood vlasbaardje, in de cel gekweekt, zijn schuchtere loopje verraadde hem.
Via zijn advocaat was mij verzocht mijn vroegere klasgenoot op te halen. Buitenbeentje zijn schiep wel herkenning maar geen vriendschap.
We wisten allemaal dat hij het niet gedaan had en deelden onze verbijstering over het feit dat hij onschuldig veroordeeld werd.
Hoe het verhoor precies was verlopen wisten we niet, maar Victor had alles bekend tegen de agenten die hem hadden opgepakt. Hij zou zich verdacht hebben gedragen in de buurt van het delict.
‘Waarom heb je zomaar bekend, je slaat nog geen mug dood?’ vroegen we hem. Hij glimlachte onschuldig en afwezig en vertelde dat de agenten heel vriendelijk waren na zijn eerste bekentenis.
Ze gaven hem koffie met koekjes als aanmoediging om verder te vertellen.
‘Ik kreeg er plezier in om steeds meer details te vertellen, ze waren één warm luisterend oor’ ‘Maar Victor, je gaat toch geen valse bekentenis afleggen?’
‘Wat heb ik te verliezen, als ik het niet doe dan doet niemand het, dan blijven zaken onopgelost’
Op de muren van de verhoorkamer zag hij lijsten met onopgeloste zaken hangen. Toen hij daar ook over begon te verklaren hadden de agenten hem beschermd; ‘We houden het even bij deze zaak, de rest komt misschien later’
Daar had Victor zich aan gehouden, na zijn vrijlating zocht hij weer contact met de agenten van zijn eerste verhoor. Hij was niet tegen te houden om nog meer verklaringen af te leggen die opnieuw tot een veroordeling leidde. De rechercheurs werden gepromoveerd en verdwenen voor Victor uit zicht. Toen hij zijn tweede straf uitgezeten had trof hij een nieuwe agent die meteen aanvoelde dat hij met een simulator te doen had.
Het eigenaardige was dat Victor bleef volhouden het daderschap voor zich op te eisen, alsof het zijn bestaan bevestigde.
Hoe overtuigend de agent daar ook steeds weer doorheen prikte verzon Victor steeds nieuwe details en motieven.
Het leidde uiteindelijk tot een derde vonnis, ditmaal wegens misleiding van het openbaar ministerie, het moedwillig afleggen van valse getuigenissen werd hem ten laste gelegd. Uiteraard gaf Victor alles toe tegenover de meelevende rechter die hem met tegenzin veroordeelde. Victor had de rechter nog een hand willen geven om te bedanken voor het begrip.
Zover waren we nu.
Ik had mij voorgenomen Victor tot schrijven aan te zetten.
‘Schrijf gewoon alles wat je nooit hebt gedaan op, dat doen alle schrijvers, wie iets kan doet het, wie het niet kan schrijft het op’
‘Je veroordeelt mij tot schrijven’ klaagde hij, ‘ik wil dat iemand naar mij luistert en mij gelooft’
‘Je zult succes hebben, je hebt immers al drie keer zo overtuigend gelogen dat ze je erop veroordeeld hebben, dan ben je geslaagd als schrijver’

Gelukkig heeft Victor tot nu toe genoeg aan woorden als surrogaat voor wapenfeiten.

Kunsteenden

Mijn zoon van acht wilde altijd met mijn Rietveld eenden spelen omdat het niet mocht. Eindeloos probeerde ik hem uit te leggen dat het kunsteendjes zijn, vergeefs. Een kunstvitrine is geen etalage.
Op een kunstveiling heb ik ze verworven,
ze bleven over, ik was de laatste bieder.
Ik viel meteen als een blok voor dit kubistisch
speelgoed en herkende onmiddellijk de hand van de minimale meester erin. Rietveld maakte ze voor zijn dochtertjes.
Wat een mooie bijwerking van mijn speelverbod is is het feit dat mijn achtjarige
zoon een enorme voorliefde voor abstracte kunst heeft ontwikkeld. Hij verzamelt zelf nu ondefinieerbare voorwerpen die nergens op lijken maar waar je alles in kunt zien. Het speelverbod heeft hem blijvend speels gemaakt.

Het verbod is een prachtig gereedschap om aandacht mee te scheppen, voor wat dan ook.

Somber weer

Het weerbericht klonk aandoenlijk:
‘Volgende week wordt het somber weer!’
Vlak daarvoor was net het brekende nieuws gelanceerd:
‘dat dierentuindieren voortaan geen naam meer zouden krijgen, het zou ze alleen maar vermenselijken’.
Mensen zijn toch verwarde dieren, een diergaarde was toch bij uitstek iets menselijks, door en voor mensen.
Ik zag Henk-Jan de Andescondor meteen al onnoemelijk sip kijken naar Sigourney de Dromedaris.
Dieren hebben het recht om onmenselijk te worden behandeld
en het weer heeft recht op depressie met hier en daar een slechte bui.

De dierverzorgers in de beestentuin riepen diezelfde dag nog: ‘Hee, jij daar met die strepen, moet je nog stro met een beetje bix derbij, en ‘Dingetje’ met die kieuwen, nog even slokje water?

Zo werd in een handomdraai de dierenwereld verbeterd door een simpele ontnaming, X de weerwolf jankte onnederlands gepassioneerd.
Maar de zon scheen, erg blij te schijnen, ondanks het weerbericht.

Even dacht ik: zou het geen maatregel tegen het schuldgevoel zijn dat we voelen als we oog in oog staan met onschuldig veroordeelde gedetineerde dieren in onze gevangenissen. Maar dat is natuurlijk onzin, probeerde ik te denken.

Inforuis

Vergeten verlies en vernietiging zorgen ervoor dat we niet omkomen in de dingen. We komen om in de tienduizend maal tienduizend dingen.
De kelder, garages en zolders liggen vol met dingen of wat erop lijkt. Wat voor dingen doet er feitelijk niet toe, want het is teveel om te bevatten.
Dat geldt ook voor kunstvoorwerpen, de museummagazijnen met collecties puilen uit. Boekenkasten, cd-collecties, bovenkamers vol herinneringen, archieven… Alle hoop was gevestigd op digitaliseren, gelukkig hebben we de foto’s nog… Maar gedrukt papier blijkt nu duurzamer dan een harde schijf.

Er lijkt nu iets anders nodig, een samenvatting.
Een Ark van kurk die blijft drijven op de oceaan van vergankelijkheid.
Gaan we terug naar de orale traditie, mondelinge overdracht van de meest essentiële zaken, terug naar het lopend vuurtje van begeestering? Ergens zal dit informatietijdperk moeten overgaan tot reflectie: Wat is het waard om te worden bewaard?
Wat kunnen we achterwege laten?

Vanuit de natuur gezien hoeven helemaal niets te ondernemen om te conserveren.
De natuur in en om ons is onafgebroken aan de macht, haar essentie zal vanzelf overblijven, dat is namelijk haar oorspronkelijke natuur, moeiteloos onverwoestbaar. Al onze informatie is in haar oren niets dan ruis.

Natuur zijn is de beste opslag.

Openbare mystiek

Er is een voorzichtige openbaarmaking aan de gang van mensen die geinspireerd zijn door een mystieke ervaring. Tijdens hun leven hielden ze dat zoveel mogelijk geheim omdat de mysticus in de geschiedenis vaak vervolgd is.
Gekverklaard worden was nog het minste, vermoord worden was de regel.
Van kunstenaars wordt mystiek iets makkelijker gedoogd zolang het maar niet zichtbaar is of wordt geironiseerd.
Piet Mondriaan leefde en creëerde vanuit een authentieke eenheidservaring zo leert een studie van Jan Bor.
Zijn werk is een directe uitkomst van zijn inzicht.
Ook dichter/schilder Lucebert, zo blijkt uit een dikke ‘close reading’ studie van Jan Oegema.
Deze studie blijkt vooral een beschrijving van hoe diverse poezierecensenten al die voorbije jaren om de hete brij heen hebben gedanst. Men blijkt doodsbang te zijn geweest voor die eenheidservaring alleen al om daarmee geassocieerd te worden, want wie het herkent is zelf besmet.
Wat maakt deze studie zo dik?, de angst. Spreken mystici onder elkaar dan hebben ze aan een half woord al genoeg. Een boek over mystiek door een ervaringsdeskundige geschreven is flinterdun. Één ervaring maakt duizenden boeken overbodig.
Voor de wetenschappelijke kerk is het interessant op te merken dat de quantumonderzoekers: Einstein, Bohr, Heisenberg en Pauli zich zeer verwant voelden met mystici, een verwantschap die niet anders kan zijn ontstaan dan door eigen intuitie en directe ervaring.

In de wolken

Mist is een witte nacht.
‘Dit is nu de hemel op aarde neergedaald’,
zegt de weerman op tv, als een meteorologische dominee.

‘We zijn nu letterlijk in de wolken’ preekt hij,
‘beperkt zicht, behoedzaamheid is geboden,
houd afstand, kans op filevorming’

Mist als moderator van het menselijk verkeer.
Religie is leven met de voet op de rem, handje aan de vangrail,
luisteren naar de gladgeschoren weerman.